ECLI:NL:RBZWB:2024:9096

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
16 december 2024
Publicatiedatum
2 januari 2025
Zaaknummer
429482 FA RK 24-5713
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Weerkamp
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking zorgmachtiging voor betrokkene met psychische stoornis

Op 16 december 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de verlening van een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden. Het verzoek is ingediend door de officier van justitie voor een betrokkene, geboren in 1990, die momenteel verblijft in een accommodatie na een crisismaatregel die op 14 mei 2024 door de burgemeester van Moerdijk is genomen. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling met gesloten deuren gehouden, waarbij verschillende zorgprofessionals zijn gehoord, maar de officier van justitie was niet aanwezig.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek een schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, en dat er momenteel sprake is van een psychotisch toestandsbeeld met katatone symptomen. Dit leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige verwaarlozing. De rechtbank oordeelt dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat de betrokkene geen ziektebesef heeft en niet medicatietrouw is gebleken. De advocaat van de betrokkene heeft aangegeven dat zij openstaat voor hulpverlening, maar de rechtbank concludeert dat er geen mogelijkheden zijn voor passende zorg op vrijwillige basis.

De rechtbank heeft de gevraagde zorgmachtiging verleend en de noodzakelijke vormen van verplichte zorg vastgesteld, waaronder het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controles. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot cassatie tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/429482 / FA RK 24-5713
Datum uitspraak: 16 december 2024
Beschikking zorgmachtiging
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1990 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
wonend in [plaats 1] ,
thans verblijvende in de [accommodatie] te [plaats 2] ,
advocaat: mr. J.J. Bronsveld te Bergen op Zoom.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen van 4 december 2024, binnengekomen bij de rechtbank op 4 december 2024.
1.2.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 16 december 2024. Daarbij zijn gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
  • dhr. [naam 1] , sociaal-psychiatrisch verpleegkundige (hierna: SPV);
  • mw. [naam 2] , verpleegkundige (hierna: de verpleegkundige).
Daarnaast is verschenen, maar niet gehoord:
- mw. [naam 3] , verpleegkundig specialist in opleiding.
1.3.
De officier van justitie is, zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek, niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Wat vaststaat

2.1.
Betrokkene is met een crisismaatregel opgenomen in [accommodatie] . De burgemeester van Moerdijk heeft de crisismaatregel op 14 mei 2024 genomen. De crisismaatregel is bij beschikking van deze rechtbank van 17 mei 2024 voortgezet tot en met 7 juni 2024.
2.2.
De rechtbank heeft bij beschikking van 19 juni 2024 een zorgmachtiging verleend tot en met 19 december 2024. Op grond van deze beschikking verblijft betrokkene bij [accommodatie] .

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden te verlenen.

4.De beoordeling

4.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de verzochte duur van twaalf maanden. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
4.2.
De rechtbank stelt op grond van de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling vast dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. Momenteel is er bij betrokkene sprake van een psychotisch toestandsbeeld met katatone symptomen. Op de voorgrond staat desorganisatie en teruggetrokken gedrag.
4.3.
Deze stoornis veroorzaakt ernstig nadeel. Dit nadeel bestaat uit levensgevaar, ernstige verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang. Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene bij een psychotische decompensatie gestimuleerd moet worden om te eten en te drinken, hetgeen zorgt voor een risico op levensbedreigende ondervoeding en dehydratatie. Daarnaast behoeft betrokkene aansturing tot zelfzorg en het innemen van haar medicatie. Er bestaat daarbij een risico op ernstige zelfverwaarlozing. Betrokkene heeft zich immers ruim een jaar niet gewassen. Verder is gebleken dat betrokkene geen behoefte heeft aan sociaal contact of communicatie met anderen. Zij heeft ook geen inkomen en dagactiviteiten en kan haar eigen leven niet indelen, hetgeen maakt dat er een risico bestaat op maatschappelijke teloorgang. De SPV licht ter gelegenheid van de mondelinge behandeling toe dat betrokkene tijdens haar vorige opname een langere tijd opgenomen is geweest, maar wel redelijk is opgeknapt. Er zijn toen afspraken gemaakt bij het ontslag, zoals over het innemen van de medicatie. Vrijwel direct na het ontslag is betrokkene met haar medicatie-inname gestopt en is het toestandsbeeld van betrokkene vrij snel verslechterd met ernstig nadeel tot gevolg. Het doel is om de klinische opname zo kort mogelijk te houden en om betrokkene goed in te stellen op de medicatie. Betrokkene krijgt momenteel orale medicatie, maar er moet nog worden bezien welke medicatievorm het beste aansluit bij haar. Zolang betrokkene haar medicatie blijft innemen, blijft zij redelijk stabiel. Tot slot verklaart de SPV dat ook middelengebruik ervoor kan zorgen dat betrokkene psychotisch decompenseert. Het is daarom van belang dat zij geen middelen meer gebruikt.
4.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat zij haar autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
4.5.
De advocaat licht namens betrokkene toe dat zij open staat voor hulpverlening en een zorgmachtiging, maar dat ze dit het liefst in de thuissituatie ondergaat. Betrokkene ervaart haar huidige opname niet als bevorderend voor haar gezondheid. De rechtbank oordeelt echter dat er geen mogelijkheden zijn voor passende zorg op vrijwillige basis. Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene geen ziektebesef en -inzicht heeft en kampt met forse kritiek- en oordeelsproblematiek. Daarnaast is betrokkene niet medicatietrouw gebleken in de thuissituatie en is zij ambivalent in het accepteren van de contactmomenten met het Regioteam. Daarom is verplichte zorg nodig.
4.6.
De rechtbank is op grond van het zorgplan, de medische verklaring, het advies van de geneesheer-directeur en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling, evenals de advocaat van betrokkene, van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten;
- opnemen in een accommodatie.
De rechtbank zal de verzochte verplichte zorgvormen ‘het toedienen van vocht en voeding’ en ‘het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen’ niet toewijzen, omdat de SPV tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze zorgvormen niet noodzakelijk zijn.
4.7.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.8.
De vormen van verplichte zorg die de rechtbank toewijst, zijn evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en haar omgeving.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
verleent een zorgmachtiging voor
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1990 in [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in 4.6. kunnen worden getroffen;
5.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
16 december 2025;
5.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 december 2024 door mr. Weerkamp, rechter, in aanwezigheid van mr. Boomaars, griffier, en op schrift gesteld op 24 december 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.