ECLI:NL:RBZWB:2024:9079

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
31 december 2024
Publicatiedatum
2 januari 2025
Zaaknummer
02/205281-19
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met voorwaarden en wijziging van de voorwaarden

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 31 december 2024 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van de betrokkene, die in 2021 schuldig werd bevonden aan een poging tot moord. De officier van justitie had verzocht om verlenging van de tbs met voorwaarden voor een periode van twee jaar. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene, die lijdt aan schizofrenie van het paranoïde type en een licht verstandelijke beperking heeft, nog steeds een gevaar voor de samenleving vormt zonder adequate behandeling. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen, waarbij de voorwaarden van de tbs zijn gewijzigd en de termijn is verlengd. De rechtbank heeft daarbij de adviezen van de psychiater en de reclassering in overweging genomen, die beide hebben geadviseerd om de tbs te verlengen vanwege het aanhoudende recidivegevaar. De rechtbank heeft benadrukt dat de betrokkene nog aan het begin van zijn resocialisatie staat en dat verdere stappen zorgvuldig moeten worden gezet. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de betrokkene, zijn raadsman en een tolk, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
Parketnummer: 02/205281-19
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 31 december 2024
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling met voorwaarden van
[betrokkene]
geboren op [geboortedag 1] 1982 te [geboorteplaats] ( [land] )
thans verblijvende bij [tbs-instelling 1] .

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
  • het rapport van forensisch psychiater dr. [naam 1] van 25 oktober 2024;
  • het rapport van de reclassering van 26 november 2024;
  • de vordering van de officier van justitie van 27 november 2024, strekkende tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna: tbs) met voorwaarden met een termijn van twee jaar.

2.De procesgang

Bij vonnis van deze rechtbank van 21 januari 2021 is betrokkene schuldig bevonden aan een poging tot moord. Hij is ontslagen van alle rechtsvervolging en heeft een tbs met voorwaarden opgelegd gekregen voor de duur van twee jaar, met als voorwaarden:
1. Betrokkene maakt zich niet schuldig aan enig strafbaar feit.
2. Betrokkene werkt mee aan het reclasseringstoezicht.
3. Betrokkene laat zich opnemen bij [tbs-instelling 2] te [plaats] of een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing, voor behandeling en diagnostisch onderzoek. De opname duurt zolang de reclassering dat in overleg met de behandelaars nodig vindt. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt betrokkene mee aan de indicatie- stelling en plaatsing.
4. Betrokkene laat zich, aansluitend aan de klinische behandeling, behandelen door een
ambulante forensische zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling.
5. Betrokkene verblijft na klinische behandeling, mits op dat moment nog geïndiceerd, in een instelling voor beschermd/begeleid wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld.
6. Betrokkene gebruikt geen alcohol en werkt mee aan controle op dit alcoholverbod. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak betrokkene wordt
gecontroleerd. Mogelijke controlemiddelen zijn urineonderzoek en ademonderzoek
(blaastest).
7. Betrokkene gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit drugsverbod. De
reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak betrokkene wordt
gecontroleerd. Mogelijke controlemiddelen zijn urineonderzoek en bloedonderzoek.
8. Betrokkene laat zich onder financieel bewind stellen.
9. Betrokkene werkt mee aan het vinden en uitvoeren van een dagbesteding.
10. Betrokkene neemt op geen enkele manier - direct of indirect - contact op met [persoon] , geboren op [geboortedag 1] 1992 te [geboorteplaats] ( [land] ), wonende te [woonadres] .
De rechtbank constateert dat het hier gaat om een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De tbs met voorwaarden is op 21 januari 2021 aangevangen en de termijn is laatstelijk bij beslissing van deze rechtbank van 20 januari 2023 verlengd met twee jaar. Hierbij zijn ook de voorwaarden onder 3 en 10 als volgt gewijzigd:
3. Betrokkene laat zich opnemen in [tbs-instelling 3] of een soortgelijke
zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing.
Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt betrokkene mee aan de indicatiestelling en plaatsing.
10. Betrokkene neemt op geen enkele manier - direct of indirect - contact op met [persoon] , geboren op [geboortedag 2] 1994 te [geboorteplaats] ( [land] ).
De overige bij vonnis van 21 januari 2021 opgelegde voorwaarden zijn in stand gebleven.
Tijdens het onderzoek ter zitting van 17 december 2024 is de officier van justitie, mr. L.J. den Braber, gehoord. Betrokkene is gehoord via een videoverbinding, bijgestaan door zijn raadsman mr. M. Broere, die fysiek in de zittingszaal aanwezig was. Ook was
[tolk] , tolk in de taal Tigrinja, aanwezig, die ter zitting voor betrokkene heeft vertaald wat er is besproken, omdat hij de Nederlandse taal onvoldoende beheerst. Tot slot is [deskundige], reclasseringswerker, via een videoverbinding gehoord als deskundige.

3.Het advies van de externe gedragsdeskundige

De psychiater heeft gediagnostiseerd dat er bij betrokkene sprake is van schizofrenie van het paranoïde type, een licht verstandelijke beperking en een ernstige stoornis in het gebruik van alcohol, thans in langdurige remissie onder gereguleerde omstandigheden.
Zonder het adequaat behandelen van de psychotische kwetsbaarheid van betrokkene is hij zeer gevaarlijk en is het risico op ernstig geweld hoog. Als zijn psychotische kwetsbaarheid adequaat wordt behandeld, is het risico op ernstig geweld in brede zin laag. Er is sprake van een aantal beschermende factoren, maar dat is grotendeels gelieerd aan het huidige risico- management. Ingeschat wordt dat betrokkene uit zorg, bij gebrek aan ziektebesef, zijn anti-psychotische medicatie zal staken en weer psychotisch zal worden. Met het huidige risico- management zijn de risicofactoren onder controle. Er kunnen stappen worden gemaakt naar een toename van vrijheden. Gebleken is echter dat hij bij een toename van vrijheden in de problemen kan komen. Cruciaal is het gebruik van anti-psychotische medicatie.
De psychiater heeft geadviseerd om de termijn van de tbs met voorwaarden te verlengen met twee jaar. Betrokkene staat nog maar aan het begin van zijn resocialisatie en het toetsen van toenemende vrijheden en de verdere samenwerking zal zeker langer dan een jaar vergen, nu nog niet goed is in te schatten wat betrokkene doet met minder toezicht.

4.Het advies van de reclassering

De reclassering heeft onder meer gerapporteerd dat binnen de huidige maatregel het risico op algemene en geweldsrecidive ingeschat wordt als laag. Indien het huidige tbs-kader op dit moment wegvalt, loopt het recidiverisico op tot hoog.
Betrokkene zal voorlopig afhankelijk blijven van zorg om het recidiverisico laag te houden. Bij een perspectiefbespreking is gesproken over hoe hij kan gaan uitstromen. Daarbij is van belang dat bij elke stap die betrokkene maakt uitvoerig getoetst wordt hoe hij omgaat met zijn verworven vrijheden. Ingeschat wordt dat het nog zeker meer dan een jaar gaat duren voordat hij kan toewerken naar een afdeling buiten [tbs-instelling 1] .
Gezien deze duur en het huidige recidiverisico, alsmede de afhankelijkheid van het risico- management dat er nu is ingezet, acht de reclassering het noodzakelijk dat de termijn van
de tbs met voorwaarden wordt verlengd met twee jaar.
De reclassering heeft daarbij geadviseerd om de opgelegde voorwaarde onder 2 te wijzigen. Zij wenst een nadere toelichting op de voorwaarde om mee te werken aan het reclasserings-toezicht en de mogelijkheid tot het opnemen van een vrijwillige time-out.
Ter zitting heeft de reclasseringswerker het verlengingsadvies bevestigd.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting gebleven bij de vordering tot verlenging van de termijn van de tbs met twee jaar, met wijziging van de opgelegde voorwaarden conform het advies van de reclassering.

6.Het standpunt van de verdediging

De verdediging heeft bepleit de verlenging van de termijn van de tbs met voorwaarden te beperken tot één jaar.

7.Het oordeel van de rechtbank

De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de tbs eist. Dit houdt concreet in dat het recidivegevaar nog aanwezig moet zijn en dat dit recidivegevaar moet voortvloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens.
Gelet op de rapporten van de psychiater en de reclassering wordt nog altijd voldaan aan de wettelijke eisen voor verlenging van de tbs met voorwaarden.
Als uitgangspunt geldt dat de tbs moet worden verlengd met een termijn van twee jaar als aannemelijk is dat de behandeling en resocialisatie van de betrokkene in het bestaande juridische kader meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die nog resteert bij een verlenging van de tbs met een termijn van één jaar.
De rechtbank vindt het positief dat betrokkene stappen heeft gezet in zijn behandeling; hij neemt trouw zijn medicijnen, er zijn (daardoor) geen waanachtige ideeën meer aanwezig en hij laat langzaamaan meer van zichzelf zien. Dit neemt echter niet weg dat er nog meerdere stappen te zetten zijn en deze zorgvuldig moeten worden gezet en getoetst. Hoewel de rechtbank begrijpt dat betrokkene graag enig perspectief wil, is naar het oordeel van de rechtbank in de rapporten onderbouwd beschreven en door de reclasseringswerker onderbouwd toegelicht, dat betrokkene nog maar aan het begin staat van het resocialisatie- traject en dat het nog te doorlopen traject niet binnen een jaar zal zijn afgerond.
Daarom zal de rechtbank de termijn van de tbs verlengen met twee jaar en ook conform het advies van de reclassering de reeds opgelegde voorwaarde onder 2 wijzigen zoals hierna in het dictum is verwoord.

8.De beslissing.

De rechtbank:
- verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met voorwaarden van betrokkene met twee jaar.
- wijzigt de bij vonnis van 21 januari 2021 opgelegde voorwaarde onder 2 als volgt:
2. Betrokkene werkt mee aan het reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
• betrokkene meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
• betrokkene laat een of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van betrokkene vast te stellen;
• betrokkene houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om betrokkene te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
• betrokkene helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn/haar gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid.
• betrokkene werkt mee aan huisbezoeken;
• betrokkene geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
• betrokkene vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
• betrokkene werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met betrokkene, als dat van belang is voor het toezicht.
Meewerken aan time-out:
Als de reclassering dat nodig vindt en betrokkene daarmee instemt, kan betrokkene voor een time-out worden opgenomen in een Forensisch Psychiatrische Kliniek (FPK) of andere instelling. Deze time-out duurt totdat de reclassering of betrokkene deze beëindigt, maar maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal zeven weken, tot maximaal veertien weken per jaar.
- bepaalt dat de overige bij vonnis van 21 januari 2021 opgelegde voorwaarden, met inachtneming van de wijziging van de voorwaarden onder 3 en 10 bij beslissing van 20 januari 2023, in stand blijven.
Deze beslissing is gegeven door mr. T.M. Brouwer, voorzitter, mr. G.M.J. Kok en
mr. C.E.M. Marsé, rechters, in tegenwoordigheid van M.C.C. Joosen, griffier en is uitgesproken ter openbare zitting op 31 december 2024.