Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verloop van de procedure
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat, mr. C.E.J.E. Kouijzer;
- mevrouw [naam 1] , psychiater, behandelaar;
- mevrouw [naam 2] , zus van betrokkene.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 18 december 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende een verzoek om zorgmachtiging. De zaak betreft een betrokkene, geboren in 1952, die woont in [plaats]. Het verzoek is ingediend door de officier van justitie en betreft een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling met gesloten deuren gehouden, waarbij de betrokkene, haar advocaat mr. C.E.J.E. Kouijzer, een psychiater en de zus van de betrokkene zijn gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder neurologische ontwikkelingsstoornissen en schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. Ondanks deze diagnose heeft de rechtbank geconstateerd dat de betrokkene op vrijwillige basis de noodzakelijke zorg accepteert en dat haar situatie sinds het alleen wonen is verbeterd. De behandelende psychiater en de zus van de betrokkene hebben ook aangegeven dat het goed gaat met haar. De rechtbank concludeert dat er op dit moment geen verzet van de betrokkene te verwachten is en dat niet voldaan wordt aan de wettelijke criteria voor het verlenen van de zorgmachtiging. Daarom heeft de rechtbank het verzoek afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door mr. De Beer, rechter, in aanwezigheid van mr. Brok, griffier.