Beoordeling door de rechtbank
2. De rechtbank beoordeelt of het UWV terecht heeft geweigerd een Wajong-uitkering toe te kennen. Zij doet dat onder meer aan de hand van de wettelijke bepalingen en de beroepsgronden van eiseres.
3. De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
4. Eiseres heeft zich op het standpunt gesteld dat zij in aanmerking wil komen voor een Wajong-uitkering voor haar lesgeld en een tolk Nederlandse gebarentaal tijdens onderwijs na haar 30e verjaardag. Als zij deze Wajong-uitkering ontvangt, heeft zij - ook als zij ouder is dan 30 jaar - recht op een tolk in het onderwijs, omdat de Nederlandse gebarentaal een erkende taal van Nederland is. Zonder Wajong-uitkering kan zij niet voorzien in de kosten van lesgeld, levensonderhoud en een tolk tijdens onderwijs.
Eiseres beroept zich op artikel 9, eerste lid, onder b, van het VN-Gehandicaptenverdrag. Als zij geen tolk krijgt, krijgt zij een achterstand in haar studie en dat is niet gelijkwaardig en niet eerlijk.
5. Het UWV heeft zich op het standpunt gesteld dat de beroepsgronden overeenkomen met de bezwaargronden. Het UWV verwijst daarom naar de overwegingen in het bestreden besluit.
6. De rechtbank beoordeelt of het UWV terecht heeft besloten dat eiseres geen recht heeft op een Wajong-uitkering. De rechtbank komt tot de conclusie dat het UWV geen Wajong-uitkering aan eiseres hoeft toe te kennen. Het besluit van het UWV hoeft niet te veranderen.
Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
7. Eiseres heeft tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat zij haar opleiding Helpende Zorg en Welzijn, MBO BOL niveau 2 heeft afgerond in juli 2024. Inmiddels is zij begonnen met de opleiding op niveau 3. Op dit moment ontvangt zij studiefinanciering van DUO en kan zij tijdens het volgen van onderwijs gebruik maken van een tolk Nederlandse gebarentaal. Zij heeft hier in totaal 10 jaar recht op en daarvan zijn inmiddels 3 jaar voorbij. Eiseres kan dus nog 7 jaar studiefinanciering en bijstand van een tolk Nederlandse gebarentaal krijgen, maar onder voorwaarden. Zo mag zij bijvoorbeeld niet tussentijds stoppen met haar opleiding. Eiseres kent de mogelijkheden voor bijstand van een tolk voor werk- en leefsituaties. Het gaat haar om de mogelijkheden om gebruik te kunnen maken van een tolk bij het volgen van onderwijs. Zij wil de mogelijkheid hebben om een leven lang te leren. De Wajong-uitkering kan voorzien in de kosten van levensonderhoud en geeft zekerheid voor de inzet van een tolk Nederlandse gebarentaal bij het volgen van onderwijs.
8. Het UWV heeft zich op het standpunt gesteld dat het procesbelang ontbreekt. Op dit moment heeft eiseres studiefinanciering en bijstand van een tolk bij het volgen van onderwijs. Zij heeft namelijk op 12 september 2024 een voorziening aangevraagd om onderwijs te kunnen volgen, voor een schrijf- en gebarentolk. Op 18 september 2024 is deze tolk toegekend voor zolang ze de opleiding volgt aan [school] te [plaats 2] . Het gaat hier om een aanvraag van een Wajong-uitkering. De mogelijkheid van ondersteuning van een tolk Nederlandse gebarentaal is een indirect belang. Het belang van de kosten van levensonderhoud is niet eerder naar voren gebracht.
9. De rechtbank overweegt dat in het beroepschrift en op de zitting voldoende duidelijk is geworden dat het belang van eiseres ook is gelegen in het ontvangen van inkomensondersteuning in de vorm van een Wajong-uitkering. Eiseres beschikt op dit moment niet over een Wajong-uitkering. Dat betekent dat zij procesbelang heeft bij het instellen van dit beroep.
10. In het geval van eiseres zou recht kunnen bestaan op een Wajong-uitkering als zij op haar 18de verjaardag in Nederland woonde. Er staat vast dat eiseres op haar 18de verjaardag niet in Nederland woonde. Zij woonde vanaf haar geboorte – en ook op haar achttiende verjaardag – in Marokko en heeft zich voor het eerst op 19 november 2018 ingeschreven in Nederland. Zij was toen 25 jaar. Dat betekent dat eiseres op grond van de wet geen recht heeft op een Wajong-uitkering.
11. De rechtbank begrijpt dat eiseres het UWV vraagt om af te wijken van de wet, omdat het tot een ongelijkwaardige en oneerlijke uitkomst leidt. Daarom zal de rechtbank beoordelen of er goede redenen zijn waarom het UWV toch een uitkering moet toekennen aan eiseres.
12. Eiseres beroept zich op artikel 9, eerste lid, onder b, van het VN-Gehandicaptenverdrag. Dit artikel bepaalt – kort samengevat – dat de Staten die Partij zijn passende maatregelen moeten nemen om personen met een handicap in staat te stellen zelfstandig te leven en volledig deel te nemen aan alle onderdelen van het leven.
13. Uit de tekst volgt dat artikel 9 van het VN-Gehandicaptenverdrag zich tot de Staten richt. Artikel 9 van het VN-Gehandicaptenverdrag kan daarom geen grondslag bieden voor verstrekking van een voorziening zoals een Wajong-uitkering door het UWV. De beroepsgrond van eiseres slaagt dus niet.
Is sprake van discriminatie of oneerlijke behandeling?
14. Eiseres heeft aangevoerd dat zij zonder een tolk Nederlandse gebarentaal een achterstand krijgt in haar studie en dat is niet gelijkwaardig en niet eerlijk in vergelijking met horende mensen.
15. De rechtbank overweegt dat het de bedoeling van de wetgever is alleen een Wajong-uitkering te verstrekken aan mensen die op hun achttiende verjaardag te beschouwen zijn als inwoners van Nederland (ingezetenschap) en ook voor het overige voldoen aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een Wajong-uitkering. Er is geen aanleiding te denken dat de wetgever niet heeft nagedacht over de mogelijke gevolgen daarvan voor personen als eiseres, die niet op hun achttiende ingezetene waren van Nederland. Toepassing van de regelgeving pakt in dit geval daarmee niet onbedoeld of onvoorzien nadelig voor eiseres uit.
In de rechtspraak is verder bepaald dat bij de voorwaarde van ingezetenschap geen sprake is van discriminatie naar handicap. Eiseres is bij de afwijzing van haar aanvraag om een Wajong-uitkering dan ook niet gediscrimineerd op grond van het feit dat zij doof is.
16. Het UWV hoefde dus geen uitzondering te maken voor eiseres. De beroepsgronden van eiseres slagen niet.