ECLI:NL:RBZWB:2024:8863
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroepsprocedure tegen niet-ontvankelijkheid van bezwaarschriften inzake omgevingsvergunning voor huisvesting van minderjarige vluchtelingen
Op 18 december 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaken BRE 24/166, 24/170 en 24/175. De zaak betreft een beroepsprocedure tegen een verleende omgevingsvergunning door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oosterhout voor het huisvesten van minderjarige vluchtelingen in een voormalig kantoorgebouw. Eisers, bestaande uit drie partijen uit een bepaalde plaats, hebben bezwaar gemaakt tegen het besluit van 13 juli 2023, waarbij de omgevingsvergunning werd verleend. Het college heeft in de bestreden besluiten van 16 november 2023 de bezwaarschriften van eisers niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij niet als belanghebbenden werden beschouwd.
De rechtbank heeft de beroepen van eisers tegen deze besluiten beoordeeld en vastgesteld dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat de beroepschriften namens eisers zijn ingediend door een gemachtigde, maar dat er geen schriftelijke machtigingen zijn overgelegd waaruit blijkt dat deze gemachtigde bevoegd was om namens eisers op te treden. De rechtbank heeft de gemachtigde herhaaldelijk verzocht om de benodigde machtigingen te overleggen, maar deze zijn niet ingediend. Hierdoor zijn eisers in gebreke gebleven en is er sprake van verzuim.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het niet tijdig indienen van de machtigingen niet verontschuldigbaar is en heeft daarom de beroepen niet-ontvankelijk verklaard. Dit betekent dat de rechtbank de inhoudelijke beoordeling van de beroepen achterwege laat en dat de bestreden besluiten in stand blijven. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak.