Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De benadeelde partij
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
een gevangenisstraf van 14 (veertien) dagen, waarvan 13 (dertien) dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 (twee) jaar;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
een taakstraf van 60 (zestig) uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
30 (dertig) dagen;
[slachtoffer]van
€ 521,-te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 juli 2023, alles tot aan de dag der voldoening;
10 dagengijzeling kan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;