Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.De procedure
3.De feiten
4.De beoordeling
5.De beslissing
indien en zodra [huurder] in strijd handelt met één of meer van de volgende voorwaarden:
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de huurder, aangeduid als [huurder], al maanden haar huur niet volledig betaald. De verhuurder, Stichting TIWOS, heeft daarom niet alleen betaling van de huurachterstand geëist, maar ook ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning. Na een toelichting van de huurder over haar betalingsproblemen en de voorgestelde oplossing, hebben partijen afgesproken dat de huurder met een voorwaardelijk vonnis nog een laatste kans krijgt. De kantonrechter heeft de vordering tot betaling van de huurachterstand, rente en kosten toegewezen, evenals de ontbinding en ontruiming, maar alleen voor het geval de huurder zich niet aan de afgesproken voorwaarden houdt.
De procedure omvatte een tussenvonnis van 7 augustus 2024 en een mondelinge behandeling op 30 oktober 2024. De huurder heeft sinds 14 november 2014 een woning en garage gehuurd van TIWOS, met een aanvangshuurprijs van respectievelijk € 661,25 en € 77,28 per maand. De huurachterstand was op het moment van dagvaarden € 3.512,38, maar was tijdens de mondelinge behandeling opgelopen tot € 6.691,83 per oktober 2024. TIWOS heeft haar vorderingen aangepast, en de huurder moet nu een totaalbedrag van € 8.196,67 betalen, inclusief proceskosten.
De kantonrechter heeft de huurder veroordeeld tot betaling van dit bedrag en heeft voorwaarden gesteld voor de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning. Indien de huurder zich niet houdt aan de afspraken, kan TIWOS direct overgaan tot ontbinding en ontruiming, met een ontruimingstermijn van twee weken na betekening van het vonnis. Dit vonnis is uitgesproken door mr. Dijkman op 27 november 2024.