Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, daarmede rijdende over de weg, de
Gapingseweg
,zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten
verkeersongeval heeft plaatsgevonden door
aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend,
zonder zich er voldoende van te vergewissen dat de
weg voor en naast hem vrij was,
rechts de weg af te rijden en het, rechts van die weg, parallel gelegen fietspad op
te rijden en over enige afstand is blijven rijden op dit fietspad, en geheel of
gedeeltelijk een erf, rechts van dit fietspad, op te rijden en vervolgens zijn motorrijtuig bijna tot stilstand te brengen en direct hierop zijn weg te vervolgen en vervolgens in aanrijding te
komen met, een
linksvan hem bevindende
fiets
ster,
waardoor [slachtoffer] zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat
daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale
bezigheden is ontstaan.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
betaling van een geldboete van € 1.300,-;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
23 dagen;
een ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen van drie maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar;