4.1Schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel
Op grond van het vonnis in de onderliggende strafzaak en de daarin vermelde bewijsmiddelen staat voor de rechtbank vast dat betrokkene de in dat vonnis vermelde strafbare feiten heeft begaan. Gezien de aard van deze delicten (mensenhandel en mensensmokkel) is aannemelijk dat betrokkene daaruit wederrechtelijk voordeel heeft verkregen.
De politie heeft een berekening gemaakt aan de hand van een eenvoudige kasopstelling over de periode van 1 juli 2022 tot en met 18 april 2024.Dat is een (iets) langere periode dan de periode waarin deze feiten zijn gepleegd. De rechtbank is op basis van het rapport van de politie van oordeel dat aannemelijk is dat de misdrijven waarvoor verdachte is veroordeeld of andere strafbare feiten op enigerlei wijze ertoe hebben geleid dat hij wederrechtelijk voordeel heeft verkregen, als bedoeld in artikel 36e lid 3 Sr.
De rechtbank zal de omvang van dat voordeel schatten, waarbij de eenvoudige kasopstelling die de politie heeft gemaakt als uitgangspunt wordt genomen. Bij een dergelijke kasopstelling worden de legale contante inkomsten vergeleken met de legale contante uitgaven. Daaruit blijkt dat sprake is van grote hoeveelheden contant geld waarvoor verdachte geen (afdoende) verklaring heeft gegeven.
Ten aanzien van enkele onderdelen van deze kasopstelling overweegt de rechtbank nog het volgende.
Beginsaldo
De stelling van verdachte dat hij op 1 juli 2022 nog beschikte over een aanzienlijk bedrag aan contanten uit op de Filipijnen opgenomen bedragen is niet met enig stuk onderbouwd. De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding om uit te gaan van een ander beginsaldo.
Inkomsten
Verdachte stelt er minimaal € 3.000,- aan contante inkomsten uit de massagesalon in de berekening zou moeten worden betrokken, maar hij heeft dit op geen enkele manier met (schriftelijke) bewijsstukken onderbouwd. De rechtbank verwerpt daarom dit verweer.
Dit geldt ook voor de gestelde inkomsten uit de verkoop van een stuk grond in de Filipijnen. Ook hiervoor is nog geen begin van bewijs aangeleverd.
Uitgaven pand
In de berekening van de politie van de contant betaalde bedragen is een onjuist bedrag overgenomen voor de laatste contante betaling. Die bedroeg namelijk € 1.200,- in plaats van € 1.500,-. Het totale bedrag voor deze post komt dan op € 14.700,-.
Uitgaven voeding
In de berekening van de politie van de uitgaven aan voeding zit een rekenfoutje. Het referentiebudget (€ 3.800,-) minus de geconstateerde uitgaven op de bankrekeningen (€ 1.796,-) leidt tot € 2.004,- aan contante uitgaven voor voeding.
Ontvangen geld van slachtoffers
De bedragen die verdachte heeft ontvangen van de slachtoffers in deze zaak kunnen niet in de berekening worden betrokken, aangezien het bij een kasopstelling uitsluitend gaat om
legaleinkomsten en uitgaven.
Dit alles leidt tot de volgende berekening:
Beginsaldo
€ 0
Ontvangsten
€ 690
Eindsaldo
- € 450
Beschikbaar voor uitgaven
€ 240
Contante stortingen bankrekeningen
€ 13.614
Contante uitgaven
Overname/huur [adres 2]
€ 14.700
Contante aankopen in winkels
€ 379
Voeding
€ 2.004
Betalingen [naam]
€ 500
Benzinekosten (vervoerskosten)
€ 1.948
€ 19.531
Feitelijke uitgaven totaal
- € 33.145
Onverklaarbare contante uitgaven
- € 32.905
De rechtbank schat het totale genoten wederrechtelijk verkregen voordeel op
€ 32.905,-.
Verdeling
Anders dan de verdediging ziet de rechtbank geen aanleiding om het wederrechtelijk verkregen voordeel deels toe te rekenen aan de toenmalige echtgenote van verdachte. Het dossier bevat geen aanwijzingen dat zij zich schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten waaruit wederrechtelijk verkregen voordeel zou zijn genoten.