ECLI:NL:RBZWB:2024:801

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
12 februari 2024
Publicatiedatum
12 februari 2024
Zaaknummer
02-810607-16
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met een jaar in verband met recidivegevaar en geestelijke gezondheidsproblemen

Op 12 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, geboren in 1996. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de tbs met een jaar te verlengen, toegewezen. De tbs is oorspronkelijk opgelegd in 2017 na een veroordeling voor opzettelijke vrijheidsberoving en is sindsdien meerdere keren verlengd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een ziekelijke stoornis van de geestvermogens, waaronder zwakbegaafdheid en schizofrenie, en dat er een matig tot hoog recidivegevaar bestaat indien de zorg en begeleiding wegvallen.

Tijdens de zitting op 29 januari 2024 zijn zowel de officier van justitie als de betrokkene, bijgestaan door zijn raadsman, gehoord. De tbs-instelling heeft geadviseerd om de tbs te verlengen, waarbij is opgemerkt dat de betrokkene positieve stappen heeft gezet in zijn resocialisatieproces, zoals het afronden van schematherapie en het verkrijgen van werk. De rechtbank heeft de adviezen van de tbs-instelling overgenomen en geconcludeerd dat de verlenging van de tbs noodzakelijk is voor de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid.

De rechtbank benadrukt dat de betrokkene stabiliteit moet blijven tonen en zijn impulsieve gedrag onder controle moet houden, vooral na een eventuele verhuizing naar een trainingswoning. De beslissing om de tbs met verpleging van overheidswege met een jaar te verlengen, is genomen in het belang van de betrokkene zelf en de maatschappij. De rechtbank hoopt dat de betrokkene zijn motivatie en positieve ontwikkeling kan voortzetten.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
Parketnummer: 02/810607-16
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 12 februari 2024
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene]
geboren op [geboortedag] 1996 te [geboorteplaats] ( [land] )
verblijvende in [FPC] (onderdeel van Fivoor), [adres] .

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie d.d. 7 december 2023, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna: tbs) met 1 jaar;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van kwartaal 1 van 2022 tot en met kwartaal 3 van 2023;
- het rapport van Fivoor, d.d. 28 november 2023, waarin het advies van de inrichting is vermeld.

2.De procesgang

Bij beslissing van de rechtbank van 17 mei 2017 is betrokkene, wegens opzettelijke vrijheidsberoving, veroordeeld tot 10 maanden gevangenisstraf met aftrek van voorarrest en tbs met verpleging van overheidswege. De rechtbank constateert dat het hier gaat om een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De tbs is op 2 februari 2018 aangevangen en laatstelijk verlengd op 13 januari 2022 voor een termijn van twee jaren.
Tijdens het onderzoek ter openbare terechtzitting van de rechtbank van 29 januari 2024 is de officier van justitie gehoord. Tevens is betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsman mr. M.M.J. Nuijten, advocaat te Haarlem. Ten slotte is de [deskundige] , GZ-psycholoog bij Fivoor, gehoord.

3.Het advies van de tbs-instelling

De tbs-instelling heeft geadviseerd de tbs te verlengen met een jaar.
De tbs-instelling heeft daartoe het volgende overwogen.
Bij betrokkene is sprake van zwakbegaafdheid, schizofrenie, een antisociale persoonlijkheidsstoornis en een stoornis in het gebruik van cannabis (in remissie).
Op 7 december 2022 is betrokkene overgeplaatst van het FPC naar resocialisatievoorziening [afdeling 1] (onderdeel van Fivoor) in [plaats] . Vervolgens is hij op 6 oktober 2023 overgeplaatst naar [afdeling 2] , een open meerpersoonsunit.
De tbs-instelling schat het recidiverisico matig tot hoog in als de huidige maatregel, zorg en toezicht zou wegvallen. De delictgerelateerde risicofactoren zijn met het huidige risico-management onder controle. Er is geen sprake meer van middelengebruik, betrokkene is medicatietrouw en hij is gemotiveerd voor zijn resocialisatietraject. Betrokkene heeft de schematherapie afgerond en de overnachtingsverloven verlopen naar behoren. Wel is er door de problematiek van betrokkene sprake van geringe draagkracht, raakt hij snel overspoeld en is het risico op impulsieve agressiedoorbraken aanwezig.
De verwachting is dat de afwikkeling van het resocialisatietraject nog meer dan een jaar in beslag neemt. Betrokkene zal met de huidige kaders en zorg en toezicht stabiel moeten blijven functioneren en zijn resocialisatiepijlers verder optimaliseren. De komende periode wordt gemonitord hoe betrokkene functioneert op [afdeling 2] en is het van belang dat hij zijn werk vast houdt en zijn financiële plan volgt. Toegewerkt zal worden naar verblijf in een trainingswoning met ambulante woonbegeleiding of overplaatsing naar beschermde woonvorm.
Ter zitting heeft de [deskundige] daaraan nog het volgende toegevoegd. Betrokkene doet het goed op [afdeling 2] . Hij gaat naar zijn werk en werkt aan zijn doelen, waaronder het verminderen van impulsief gedrag en het op orde krijgen van de financiën. De wisseling naar orale medicatie is goed gegaan. Betrokkene is bezig met zijn resocialisatie en de overnachtingen bij zijn moeder verlopen goed. Naar verwachting verhuist betrokkene in april naar een trainingswoning.
Het advies is om de tbs te verlengen met een jaar, zodat komend jaar kan worden getoetst hoe het ervoor staat met het werk van betrokkene en of hij zijn impulsieve gedrag onder controle heeft. Als de situatie van betrokkene langere tijd stabiel is en dit ook blijft als hij in de trainingswoning zit, kan een voorwaardelijke beëindiging volgen. Indien nodig zal met de reclassering worden besproken of een fase van proefverlof noodzakelijk is of dat meteen kan worden verzocht om een voorwaardelijke beëindiging.

4.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering om de tbs met dwangverpleging met een jaar te verlengen gebleven. Betrokkene laat zien dat zijn situatie stabiel is gebleven en dat hij vooruitgang boekt met het inperken van impulsieve handelingen. Hopelijk kan betrokkenen deze positieve insteek doorzetten.

5.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat hij zich kan vinden in het advies om de tbs met dwangverpleging met een jaar te verlengen. Het gaat goed met betrokkene, hij werkt vier dagen per week bij [bedrijf] en het is de bedoeling dat hij in maart een contract krijgt. Betrokkene mag zijn medicatie zelf innemen.
De raadsman refereert zich aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van de verlenging van de tbs. Betrokkene heeft veel stappen gezet en een groei doorgemaakt. Betrokkene kan zich vinden in een verlenging van een jaar en wil toewerken naar een voorwaardelijke beëindiging.

6.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank kan zich vinden in de conclusies van de kliniek voor wat betreft de ziekelijke stoornis van de geestvermogens bij betrokkene en het bestaande matig tot hoge recidivegevaar wanneer de zorg, het toezicht en begeleiding van resocialisatievoorziening [afdeling 1] , wegvalt. De rechtbank neemt deze conclusies dan ook over.
De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de tbs eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en dient voort te vloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op de adviezen van de tbs-instelling wordt nog steeds voldaan aan dit wettelijke criterium.
Met alle betrokkenen is de rechtbank van oordeel dat een verlenging van de tbs met verpleging van overheidswege voor de duur van een jaar passend is. Betrokkene laat een positieve ontwikkeling in zijn resocialisatieproces zien door zijn schematherapie af te ronden, over werk te beschikken en zijn financiën meer op orde te krijgen. Om de overplaatsing naar een trainingswoning met ambulante begeleiding of een beschermde woonvorm te realiseren is het noodzakelijk om de huidige kaders met zorg en toezicht voort te zetten. Betrokkene moet langere tijd stabiliteit laten zien en zijn werk behouden. Ook geeft de rechtbank aan betrokkene mee dat hij zijn impulsieve gedrag onder controle moet houden, ook na de verhuizing naar de trainingswoning. Indien betrokkene zijn situatie het komende jaar stabiel weet te houden, wordt door de tbs-instelling een voorwaardelijke beëindiging overwogen. De rechtbank hoopt dat betrokkene zijn motivatie daarom weet vast te houden.
Gelet op hetgeen hierboven is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat de tbs met verpleging van overheidswege van betrokkene wordt verlengd met een jaar.

7.De beslissing

De rechtbank
verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [betrokkene] met een jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.M. Veldhuizen, voorzitter, mr. E.B. Prenger en mr. J.F.C. Janssen, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. D.W. Schalk en is uitgesproken ter openbare zitting op 12 februari 2024.
De jongste rechter en de griffier zijn niet in de gelegenheid deze beschikking mede te ondertekenen.