ECLI:NL:RBZWB:2024:792

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
6 februari 2024
Publicatiedatum
11 februari 2024
Zaaknummer
C/02/417088 / JE RK 23-2199 + C/02/418132 / JE RK 24-90
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Duinhof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vaststelling en wijziging van zorgregeling voor minderjarigen in het kader van ondertoezichtstelling

Op 6 februari 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de zorg- en opvoedingstaken van drie minderjarigen, [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3]. De zaak betreft een verzoek van de Stichting Jeugdbescherming West Zeeland, hierna te noemen de GI, om de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken te wijzigen en vast te stellen. De ouders van de minderjarigen zijn betrokken bij deze procedure, waarbij de moeder en de vader hun instemming hebben gegeven met de voorgestelde zorgregeling.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders in een ouderschapsplan afspraken hebben gemaakt over de zorgverdeling, die als basis dienen voor de beslissing. De GI had eerder een verzoek ingediend om de zorgregeling te wijzigen, maar dit verzoek werd op 19 januari 2024 ingetrokken. De kinderrechter heeft vervolgens de zorgregeling vastgesteld zoals deze door de ouders is overeengekomen, met inachtneming van de belangen van de minderjarigen. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de gemaakte afspraken een goede basis vormen voor de opvoeding van de kinderen en dat de regeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard wordt, zodat deze onmiddellijk kan ingaan, ook in het geval van hoger beroep.

De beslissing omvat specifieke afspraken over de verblijfsduur van de kinderen bij elke ouder, de verdeling van vakanties en feestdagen, en de omgangsregeling. De kinderrechter heeft benadrukt dat het van belang is dat de zorgregeling in het belang van de ontwikkeling van de minderjarigen wordt uitgevoerd, en dat de ouders verantwoordelijk zijn voor het waarborgen van de continuïteit in de zorg en opvoeding.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummers: C/02/417088 / JE RK 23-2199 (
Wijziging zorgregeling)
C/02/418132/JE RK 24-90 (
Vaststelling zorgregeling)
Datum uitspraak: 6 februari 2024
Beschikking van de kinderrechter over een vaststelling van de verdeling van zorg- en opvoedingstaken
in de zaak van
STICHTING JEUGDBESCHERMING WEST ZEELAND,
gevestigd te Middelburg,
hierna te noemen: de GI.
over
[minderjarige 1],
geboren op [geboortedag 1] 2014 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige 1] .
[minderjarige 2],
geboren op [geboortedag 2] 2016 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige 2] .
[minderjarige 3],
geboren op [geboortedag 3] 2018 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige 3] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[de moeder],
hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats] .
[de vader],
hierna te noemen: de vader,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
In de zaak met kenmerk 23-2199
  • het verzoekschrift van de GI met bijlagen van 13 december 2023, binnengekomen bij de rechtbank op 13 december 2023;
  • de e-mail met bijlagen van de GI van 16 januari 2024, binnengekomen bij de rechtbank op 16 januari 2024;
  • de intrekkingsbrief van de GI van 19 januari 2024, binnengekomen bij de rechtbank op 19 januari 2024.
In de zaak met kenmerk 24-90
  • het verzoekschrift van de GI met bijlagen van 18 januari 2024, binnengekomen bij de rechtbank op 18 januari 2024;
  • de e-mail van de GI met als bijlage de e-mail van de vader van 18 januari 2024, binnengekomen bij de rechtbank op 18 januari 2024;
  • de e-mail van de GI met als bijlage de e-mail van de moeder van 18 januari 2024, binnengekomen bij de rechtbank op 18 januari 2024.

2.De feiten

2.1.
Het ouderlijk gezag over de kinderen wordt uitgeoefend door de ouders.
2.2.
[minderjarige 2] en [minderjarige 3] wonen bij de moeder. [minderjarige 1] woont bij de vader.
2.3.
Bij beschikking van 12 maart 2020 zijn [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] onder toezicht gesteld. Deze maatregel is daarna steeds verlengd, voor het laatst tot 12 maart 2024.
2.4.
Bij vonnis in kort geding van de voorzieningenrechter van 17 januari 2020 is – voor zover voor deze procedure van belang – bepaald dat de man en [minderjarige 1] , in het kader van de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken gerechtigd zijn tot het hebben van contact met elkaar om de veertien dagen van vrijdag 18.00 uur tot zondag 18.00 uur, ook tijdens de vakantiemomenten en feestdagen, nader in onderling overleg door partijen te regelen en dat de man en [minderjarige 2] en [minderjarige 3] , gerechtigd zijn tot omgang met elkaar om de veertien dagen van vrijdag 18.00 uur tot zondag 18.00 uur, ook tijdens de vakantiemomenten en feestdagen, nader in onderling overleg door partijen te regelen.

3.Het verzoek

In de zaak met kenmerk 23-2199

3.1.
De GI verzoekt, met uitvoerbaar bij voorraadverklaring, op grond van artikel 1:265g lid 1 BW de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken te wijzigen.
Bij intrekkingsbrief van 19 januari 2024 heeft de GI dit verzoek ingetrokken.
In de zaak met kenmerk 24-90
3.2.
De GI verzoekt, met uitvoerbaar bij voorraadverklaring, op grond van artikel 1:265g lid 1 BW om de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken vast te stellen zoals opgenomen in het verzoekschrift van de GI van 18 januari 2024.

4.De beoordeling

In de zaak met kenmerk 23-2199

4.1.
De GI heeft op 19 januari 2024 haar verzoek ingetrokken. Nu de GI het verzoek heeft ingetrokken, behoeft het verzoek geen beoordeling en beslissing meer van de rechtbank. Daarom zal de kinderrechter het verzoek van de GI afwijzen.
In de zaak met kenmerk 24-90
4.2.
Ingevolge artikel 1:265g lid 1 van het Burgerlijk Wetboek kan de kinderrechter gedurende de ondertoezichtstelling op verzoek van de GI een verdeling van de zorg- en opvoedtaken vaststellen indien dat in het belang van de minderjarigen noodzakelijk is.
4.3.
Door de GI is in het bijzonderhedenformulier aangegeven dat zij geen behoefte heeft aan een mondelinge behandeling. De ouders zijn de door de GI verzochte verdeling van de zorg- en opvoedtaken namelijk met elkaar in het ouderschapsplan overeengekomen. De zorgregeling loopt op dit moment al zoals verzocht. De GI heeft het verzoek tot het vaststellen van de verdeling van de zorg- en opvoedtaken bij de rechtbank ingediend, omdat de ouders de wens hebben dat de zorgregeling door de kinderrechter wordt vastgesteld.
Op 18 januari 2024 is zowel door de moeder als door de vader per e-mail aangegeven dat zij instemmen met de verdeling van de zorg- en opvoedtaken zoals door de GI is verzocht.
Op grond van de overgelegde stukken en de instemmingen van de GI en de ouders vindt de kinderrechter een mondelinge behandeling niet nodig om een beslissing te nemen.
4.4.
De kinderrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift van de GI en het door de ouders ondertekende ouderschapsplan van 2 juli 2023. In dit ouderschapsplan hebben de ouders – voor zover hier van belang – de navolgende afspraken gemaakt:
- [minderjarige 1] verblijft door de weeks bij vader en [minderjarige 2] en [minderjarige 3] verblijven door de weeks bij moeder.
-In de even weken haalt moeder [minderjarige 1] op vrijdag uit school om 14.15 uur en verblijf [minderjarige 1] bij
moeder tot zondag. Zondags brengt moeder [minderjarige 1] terug naar busstation [plaats] om 16.00
uur en vader haalt hem daar op.
-In de oneven weken haalt vader [minderjarige 2] en [minderjarige 3] (naar de kinderrechter begrijpt) op vrijdag op bij moeder thuis om 18.00 uur en verblijven zijn tot zondag bij de vader. Zondags brengt de vader [minderjarige 2] en [minderjarige 3] naar busstation [plaats] om 16.00 uur en de moeder haalt ze daar op.
Verjaardagen van de kinderen:
- Een jarig kind viert zijn/haar verjaardag bij de ouder waar het dan verblijft. De andere ouder viert de verjaardag van dat kind op een later tijdstip.
- De ouders kopen elk apart een cadeau voor het jarige kind.
Verjaardagen van anderen, zoals opa’s, oma’s en andere belangrijke mensen voor de kinderen:
- Beide ouders zorgen ervoor dat de kinderen mee kunnen naar een verjaardag of ander feest
van familie of andere nabije derden en stemmen dit tijdig vooraf af.
- De ouders zorgen ervoor dat de kinderen deel kunnen nemen aan partijtjes van
leeftijdsgenootjes.
- De ouder die op dat moment de zorg heeft, brengt/haalt het kind en zorgt voor een
cadeautje.
Afspraken over de vakanties:
- Alle vakanties worden volgens de 50/50 regeling verdeeld.
- Vakanties sluiten aan op het weekend bij de ouder waar de kinderen op dat moment
verblijven.
- Vakanties van één week worden verdeeld in de helft, de wisseldag is op woensdag.
- Vakanties van twee weken worden verdeeld in de helft, elke ouder één week, aansluitend bij het weekend van de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
Zomervakantie:
- De kinderen verblijven drie weken bij elke ouder. Er wordt afgesproken dat de kinderen twee weken aaneensluitend bij de ene ouder verblijven en twee weken bij de andere ouder. En dan vervolgens één week bij de ene ouder en één week bij de andere ouder.
Afspraken over de feestdagen:
- Pasen: bij de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
- Pinksteren: bij de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
- Moederdag: er wordt afgesproken dat als de kinderen op dat moment bij vader verblijven, ze op die dag telefonisch contact hebben met moeder.
- Vaderdag: er wordt afgesproken dat als de kinderen op dat moment bij moeder verblijven, ze op die dag telefonisch contact hebben met vader.
- Kerstperiode: elk jaar zijn de kinderen op kerstavond en kerstdag bij de ene ouder, en op
tweede kerstdag bij de andere ouder. Elk jaar wordt deze regeling omgekeerd.
- Oud en nieuw: elk jaar verblijven de kinderen afwisselend op oudjaarsavond bij de ene ouder en op nieuwjaarsdag bij de andere ouder. Deze regeling wordt elk jaar afgewisseld.
Spullen in het ene huis en spullen in het andere huis:
- De ouders zorgen elk voor een passende slaapgelegenheid en voor voldoende essentiële
spullen voor de kinderen, zoals kleding en speelgoed.
- De ouders zorgen beiden dat de kinderen de beschikking hebben over schone kleding.
Vervoer van de kinderen en hun spullen:
- De ouders zorgen ervoor dat de kinderen worden gebracht en gehaald en spreken hierover
het volgende af:
- In de even weken haalt moeder [minderjarige 1] op vrijdag uit school om 14.15 uur en verblijft [minderjarige 1] bij moeder tot zondag. Zondags brengt moeder [minderjarige 1] terug naar busstation [plaats] om 16.00 uur en vader haalt hem daar op.
- In de oneven weken haalt vader [minderjarige 2] en [minderjarige 3] (naar de kinderrechter begrijpt) op vrijdag op bij moeder thuis om 18.00 uur en verblijven zij tot zondag bij de vader. Zondags brengt de vader [minderjarige 2] en [minderjarige 3] naar busstation [plaats] om 16.00 uur en de moeder haalt ze daar op.
Contact van de kinderen met de andere ouder:
- Beide ouders bieden de kinderen altijd de ruimte voor telefonisch of persoonlijk contact met de andere ouder.
- Beide ouder hebben het recht om altijd hun interesse en betrokkenheid jegens de kinderen
te tonen.
4.5.
De kinderrechter is van oordeel dat de door de ouders gemaakte afspraken in het ouderschapsplan een goede basis zijn voor het ouderschap en de verdere toekomstige opvoeding van [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] . In het kader van 1:265g lid 1 BW kan de kinderrechter niet alle door de ouders gemaakte afspraken in het dictum overnemen. De kinderrechter zal daarom enkel de afspraken overnemen die specifiek zien op de verdeling van de zorg- en opvoedtaken te weten wanneer [minderjarige 1] bij de moeder is, wanneer [minderjarige 2] en [minderjarige 3] bij de vader zijn, waar de kinderen hun verjaardag vieren en hoe de vakanties en feestdagen zijn verdeeld.
4.6.
De kinderrechter verklaart de beslissing uitvoerbaar bij voorraad, omdat het voor de ontwikkeling van [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] noodzakelijk is dat de beslissing ondanks een eventueel hoger beroep meteen uitgevoerd kan worden.

5.De beslissing

De kinderrechter:
In de zaak met kenmerk 23-2199
5.1.
wijst het verzoek af.
In de zaak met kenmerk 24-90
5.2.
stelt de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken vast en bepaalt deze als volgt:
-In de even weken haalt moeder [minderjarige 1] op vrijdag uit school om 14.15 uur en verblijf [minderjarige 1] bij
moeder tot zondag. Zondags brengt moeder [minderjarige 1] terug naar busstation [plaats] om 16.00
uur en vader haalt hem daar op.
-In de oneven weken haalt vader [minderjarige 2] en [minderjarige 3] (naar de kinderrechter begrijpt) op vrijdag op bij moeder thuis om 18.00 uur en verblijven zijn tot zondag bij de vader. Zondags brengt de vader [minderjarige 2] en [minderjarige 3] naar busstation [plaats] om 16.00 uur en de moeder haalt ze daar op.
Verjaardagen van de kinderen en verjaarden van anderen, zoals opa’s, oma’s en andere belangrijke mensen voor de kinderen:
- Een jarig kind viert zijn/haar verjaardag bij de ouder waar het dan verblijft. De andere ouder viert de verjaardag van dat kind op een later tijdstip.
- Beide ouders zorgen ervoor dat de kinderen mee kunnen naar een verjaardag of ander feest
van familie of andere nabije derden en stemmen dit tijdig vooraf af.
Vakanties/feestdagen:
- Alle vakanties worden volgens de 50/50 regeling verdeeld.
- Vakanties sluiten aan op het weekend bij de ouder waar de kinderen op dat moment
verblijven.
- Vakanties van één week worden verdeeld in de helft, de wisseldag is op woensdag.
- Vakanties van twee weken worden verdeeld in de helft, elke ouder één week, aansluitend bij het weekend van de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
Zomervakantie:
- De kinderen verblijven drie weken bij elke ouder. Er wordt afgesproken dat de kinderen twee weken aaneensluitend bij de ene ouder verblijven en twee weken bij de andere ouder. En dan vervolgens één week bij de ene ouder en één week bij de andere ouder.
Afspraken over de feestdagen:
- Pasen: bij de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
- Pinksteren: bij de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
- Moederdag: er wordt afgesproken dat als de kinderen op dat moment bij vader verblijven, ze op die dag telefonisch contact hebben met moeder.
- Vaderdag: er wordt afgesproken dat als de kinderen op dat moment bij moeder verblijven, ze op die dag telefonisch contact hebben met vader.
- Kerstperiode: elk jaar zijn de kinderen op kerstavond en kerstdag bij de ene ouder, en op
tweede kerstdag bij de andere ouder. Elk jaar wordt deze regeling omgekeerd.
- Oud en nieuw: elk jaar verblijven de kinderen afwisselend op oudjaarsavond bij de ene ouder en op nieuwjaarsdag bij de andere ouder. Deze regeling wordt elk jaar afgewisseld.
5.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. Duinhof, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. Vork, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 6 februari 2024.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch.