ECLI:NL:RBZWB:2024:7870

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
11 oktober 2024
Publicatiedatum
18 november 2024
Zaaknummer
11123276 _ MB VERZ 24-670
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens onjuiste verbinding van losbreekreminrichting

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 oktober 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen omdat de losbreekreminrichting van zijn voertuig niet op de juiste wijze was verbonden. De gedraging vond plaats op 8 januari 2023 op de Rijksweg A27 te Hank. De betrokkene heeft beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 11 oktober 2024 is de zaak behandeld. De gemachtigde van de betrokkene, mr. M. Lagas, was aanwezig, maar de betrokkene zelf was niet verschenen. De officier van justitie werd vertegenwoordigd door mr. A. de Vreeze. De gemachtigde voerde aan dat de gedraging niet had plaatsgevonden en verwees naar een foto die zou aantonen dat de losbreekreminrichting correct was bevestigd. De zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie betwistte dit en verwees naar verklaringen van twee verbalisanten die stelden dat de losbreekreminrichting niet correct was verbonden.

De kantonrechter oordeelde dat de verklaringen van de verbalisanten voldoende bewijs boden voor de gedraging en dat er geen reden was om aan hun verklaringen te twijfelen. De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om proceskostenvergoeding af. De uitspraak werd openbaar gedaan en de betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Breda
zaaknummer : 11123276 \ MB VERZ 24-670
CJIB-nummer : 0062 5422 5517 5537
uitspraakdatum : 11 oktober 2024
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene
gemachtigde : mr. M. Lagas (Appjection B.V.)

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 11 oktober 2024. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Gemachtigde en betrokkene zijn niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: de losbreekreminrichting is niet op de vereiste wijze met het trekkend voertuig verbonden op de Rijksweg A27 te Hank op 8 januari 2023 om 16:49 uur.
Gemachtigde heeft in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat de gedraging niet is verricht. Volgens betrokkene was de losbreekreminrichting wel degelijk op de juiste wijze bevestigd. Gemachtigde verwijst naar artikel 5.18.34 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV) en verwijst naar de bijgevoegde foto waarop te zien is dat de losbreekreminrichting bevestigd was aan een daartoe bestemde inrichting aan de trekhaak. Betrokkene betwist de waarneming van de verbalisant. Gemachtigde verwijst naar uitspraken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden en geeft aan dat het dossier geen foto bevat, hoewel deze waarschijnlijk gemaakt is. Gemachtigde verzoekt om een proceskostenvergoeding.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep ongegrond te verklaren en heeft daartoe het volgende aangevoerd. Twee verbalisanten hebben verklaard dat de losbreekreminrichting niet op de juiste wijze verbonden was. Hetgeen de verbalisanten hebben opgeschreven is van doorslaggevende betekenis voor de zittingsvertegenwoordiger.

Overwegingen

De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken in het dossier - met name uit de verklaring van de verbalisant - voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisanten die geacht worden de kennis te hebben over hoe een losbreekreminrichting op juiste wijze moet worden bevestigd.
De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard. Gelet hierop is er geen aanleiding voor het toekennen van een proceskostenvergoeding.

Beslissing

De kantonrechter:
  • verklaart het beroep ongegrond;
  • wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.W.M. Speekenbrink, kantonrechter, bijgestaan door de griffier E. Alekperov, en in het openbaar uitgesproken op 11 oktober 2024.
De griffier is niet in de gelegenheid om deze uitspraak mede te ondertekenen.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 90008, 4800 PA Breda. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: