ECLI:NL:RBZWB:2024:7437

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
31 oktober 2024
Publicatiedatum
31 oktober 2024
Zaaknummer
24/6991 VV
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering van verzoek om anoniem procederen in bestuursrechtelijke zaak

Op 29 oktober 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak met zaaknummer BRE 24/6991 VV. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, waarin openbaarmaking van documenten is verzocht door een onbekende Woo-verzoeker. Verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om anoniem te blijven ten opzichte van deze Woo-verzoeker en om de inhoud van het verzoekschrift gedeeltelijk geheim te houden. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat alle betrokken partijen de identiteit van verzoeker kennen, aangezien het Woo-verzoek specifiek gericht was op documenten die betrekking hebben op verzoeker. Hierdoor is er geen aanleiding om het verzoek om anoniem te procederen toe te wijzen.

De voorzieningenrechter heeft verzoeker de mogelijkheid gegeven om binnen een week te reageren op de beslissing, waarbij hij kan kiezen om het verzoekschrift in te trekken of toestemming te geven voor het doorsturen van de niet-geanonimiseerde processtukken aan de andere partijen. Indien verzoeker niet binnen deze termijn reageert, zal het verzoekschrift niet-ontvankelijk worden verklaard. De beslissing is ondertekend door mr. L.P. Hertsig, rechter, en mr.drs. R.J. Wesel, griffier. Tegen deze beslissing staat nog geen hoger beroep open.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 24/6991 VV
beslissing van 29 oktober 2024 inzake toepassing van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht in de zaak tussen

[verzoeker] te [plaats] , verzoeker,

en

de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, verweerder.

Aanleiding

1. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van verweerder van 27 september 2024 met kenmerk Woo/2024/124 op een verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo) van een nog onbekende Woo-verzoeker. Ook heeft hij de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen. Verzoeker heeft daarbij onder meer gevraagd om (1) anoniem te blijven ten opzichte van toekomstige Woo-verzoekers, en (2) de inhoud van het verzoekschrift, indien en voor zover nodig, gelet daarop slechts gedeeltelijk bekend te maken.
2. De voorzieningenrechter begrijpt dat verzoeker anoniem wil procederen met toepassing van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De voorzieningenrechter zal op dit verzoek besluiten.

Beoordeling

3. De Woo-verzoeker heeft aan verweerder openbaarmaking gevraagd van de CITES-certificaten en de bijbehorende dossiers die aan verzoeker zijn verstrekt. Verzoeker wordt met naam genoemd.
4. De voorzieningenrechter stelt vast dat alle deelnemende partijen in het geschil de identiteit van verzoeker kennen. Het Woo-verzoek richtte zich immers specifiek op documenten die betrekking hebben op verzoeker.
5. De voorzieningenrechter ziet daarom geen aanleiding om het verzoek om anoniem te mogen procederen, toe te wijzen. Processtukken zijn immers niet openbaar. Het verzoek om artikel 8:29 van de Awb toe te passen op het verzoekschrift en de bijlagen bij het verzoekschrift (in die zin dat de naam van verzoeker wordt weggelakt in de kopieën die aan verweerder en derde partij worden doorgestuurd), wordt dus afgewezen.
6. Normaliter stuurt de voorzieningenrechter de documenten waarvan zij geheimhouding weigert terug aan de partij die ze heeft ingediend en worden die stukken niet bij de beoordeling van het geding betrokken. In dit geval zou dat ertoe leiden dat het verzoekschrift inhoudelijk niet door de voorzieningenrechter in behandeling kan worden genomen. De voorzieningenrechter geeft verzoeker daarom een week de tijd om of het verzoekschrift in te trekken, of toestemming te geven om de niet-geanonimiseerde processtukken aan de overige partijen toe te zenden.
7. Indien verzoeker niet binnen een week reageert, zal de voorzieningenrechter het verzoekschrift niet-ontvankelijk verklaren.

Beslissing

De voorzieningenrechter :
  • beslist dat beperking van de kennisneming van de identiteit van verzoeker
  • stelt verzoeker gedurende 7 dagen na de verzending van deze beslissing in de gelegenheid om aan te geven of de naam van verzoeker aan de andere betrokken partijen bekend mag worden gemaakt en of de niet-geanimiseerde processtukken doorgezonden mogen worden.
Deze beslissing is op 29 oktober 2024 genomen door mr. L.P. Hertsig, rechter, en door deze en mr.drs. R.J. Wesel, griffier, ondertekend.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze beslissing staat nog geen hoger beroep open.