ECLI:NL:RBZWB:2024:7371

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
30 oktober 2024
Publicatiedatum
30 oktober 2024
Zaaknummer
02-700350-13
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Op 30 oktober 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant de termijn van de terbeschikkingstelling (TBS) van een betrokkene met één jaar verlengd. De rechtbank deed dit op basis van een vordering van de officier van justitie, die op 9 september 2024 was ingediend. De betrokkene, geboren in 1989 en momenteel verblijvend in een Forensische Psychiatrische Afdeling (FPA), heeft een geschiedenis van een veroordeling tot één jaar gevangenisstraf en TBS, opgelegd in 2014 wegens een misdrijf. De TBS is op 1 november 2014 ingegaan en zou zonder verlenging op 1 november 2024 eindigen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene positieve ontwikkelingen heeft doorgemaakt in zijn behandeling, maar dat de kernproblematiek die ten grondslag ligt aan de indexdelicten nog steeds actueel is. De deskundige van de TBS-instelling heeft geadviseerd om de TBS te verlengen, wat de rechtbank heeft overgenomen. De rechtbank heeft ook de procesgang en de betrokkenheid van de officier van justitie en de verdediging in overweging genomen. De betrokkene heeft aangegeven tevreden te zijn met de behandeling en de samenwerking met het behandelteam, en heeft geen bezwaar gemaakt tegen de verlenging van de TBS. De rechtbank concludeert dat de veiligheid van anderen de verlenging van de TBS eist, en dat het recidivegevaar nog aanwezig is. Daarom is de beslissing genomen om de TBS met één jaar te verlengen.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Middelburg
Parketnummer: 02/700350-13
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 30 oktober 2024
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1989,
thans verblijvende te FPA [locatie] , [adres] .

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie van 9 september 2024, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna: TBS) met één jaar;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid tot en met het tweede kwartaal van 2024;
- het rapport van [de TBS-instelling] van 20 augustus 2024, waarin het advies van de instelling is vermeld.

2.De procesgang

Bij vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van
7 april 2014 is betrokkene, wegens overtreding van artikel 287 juncto artikel 45 van het Wetboek van Strafrecht, veroordeeld tot één jaar gevangenisstraf, met aftrek van het voorarrest, en is aan hem TBS met verpleging van overheidswege opgelegd.
De rechtbank constateert dat het hier gaat om een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De TBS is op 1 november 2014 aangevangen.
De TBS eindigt, behoudens verlenging, op 1 november 2024.
De TBS is laatstelijk bij beslissing van de meervoudige strafkamer van de rechtbank
Zeeland-West-Brabant van 8 november 2023 verlengd met een termijn van één jaar.
Tijdens het onderzoek ter openbare terechtzitting van de rechtbank van 16 oktober 2024 is de officier van justitie mr. M. van Leeuwen gehoord.
Tevens is betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. A.L. Louwerse, advocaat te Haarlem.
Verder is als deskundige gehoord mevrouw [naam] , GZ-psycholoog en hoofd behandeling bij de TBS-instelling.

3.Het advies van de TBS-instelling

De TBS-instelling heeft in de rapportage geadviseerd de TBS te verlengen met één jaar en heeft daartoe in haar advies, samengevat, het volgende vermeld.
Sinds 1 februari 2023 verblijft betrokkene bij de [FPA] . Na binnenkomst is er sprake van enige ontregeling van zijn structuur, wat resulteert in een afname van zijn dagelijkse functioneren. Hij weet zich medio 2023 goed te herpakken. Met behulp van de begeleiding weet hij zijn negatieve gedachten om te zetten waardoor het contact met het behandelteam verbetert. Betrokkene is gemotiveerd zijn behandeling te hervatten en start diverse therapieën. Hij volgt de verslavingsmodule in groepsverband en neemt deel aan schematherapie. In augustus 2023 verhuist betrokkene intern naar de resocialisatie-afdeling van [FPA] . Daarbij start hij ook met psychotherapie en een G-training. Hij heeft in deze fase moeite om deel te nemen aan zijn behandeling en is niet gemotiveerd om uit bed te komen voor het ontbijt of voor andere programmaonderdelen. In de periode van 16 november 2023 tot 4 december 2023 wordt betrokkene tijdelijk terugplaatst in FPC [de TBS-instelling] . Aanleiding hiervoor is zijn verslechterde functioneren waardoor het hem niet lukt om deel te nemen aan de behandelonderdelen. Ook is zijn dag- en nachtritme ernstig verstoord en weigert hij gesprekken met zijn behandelaar. Tijdens de time-out worden gesprekken gevoerd met betrokkene en hervindt hij zijn motivatie. Sinds zijn terugkomst op de FPA lukt het betrokkene om behandeling te hervatten en een gezond dag- en nachtritme aan te houden. Het behandelteam van de FPA is tevreden over zijn functioneren en
de samenwerking met hem.
Naast de begeleiding van de FPA is het Extramurale Forensische Team (EFT) van [de TBS-instelling] betrokken bij zijn traject, het EFT bezoekt hem wekelijks. Het reclasseringscontact is reeds gestart. Op 2 mei 2024 heeft FPC [de TBS-instelling] de reclassering opdracht gegeven voor het opstellen van een maatregelrapport om de mogelijkheden omtrent proefverlof te onderzoeken.
Het traject richt zich op verblijf in een beschermde of begeleide woonvorm in de regio Haarlem of Utrecht . Betrokkene is gebaat bij een omgeving waarin men is toegerust op het bieden van duidelijkheid, structuur en ondersteuning aan patiënten met een verstandelijke beperking en persoonlijkheidsproblematiek. Het is van belang dat de bejegening aansluit bij de (chronische) beperkingen van betrokkene. Een beschermde of begeleide woonvorm voldoet aan deze voorwaarden. De inschatting is dat hij langdurig afhankelijk is van zorg en toezicht.
De kliniek adviseert de huidige maatregel met één jaar te verlengen. De kernproblematiek die ten grondslag ligt aan de indexdelicten is nog actueel. Bij het huidige niveau van zorg en toezicht is het risico op terugval in gewelddadig gedrag laag. De komende periode wil de kliniek toewerken naar een afwikkeling van het resocialisatietraject. Gezien de stappen die hiervoor nog gezet moeten worden, neemt dit zeker nog meer dan een jaar in beslag.
Ter zitting heeft de deskundige het advies van de TBS-instelling bevestigd en daaraan nog het volgende toegevoegd. De positieve ontwikkelingen hebben zich doorgezet. Er wordt een maatregelenrapport opgesteld en betrokkene is aangemeld bij de [begeleide woonvorm] in [plaats] . De verwachting is dat hij daar terecht kan, maar er is wel sprake van een wachttijd van enkele maanden. Betrokkene zal zijn dagbesteding kunnen behouden. Er kunnen op dat gebied wel veranderingen plaatsvinden en dan heeft betrokkenen het behandelteam nodig om dat te kunnen verwerken. De rol van het behandelteam als vangnet zal op termijn overgenomen moeten worden door de reclassering.

4.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering de TBS met één jaar te verlengen gebleven.

5.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat het goed met hem gaat en dat hij heel blij is het behandelteam, de psychiater en de maatschappelijk werkster van de TBS-instelling. Er is een goede samenwerking, wat hem heel erg heeft geholpen. Hij is ook blij dat hij naar de [begeleide woonvorm] kan gaan. Zijn familie is de grootste motivatie om de positieve lijn door te zetten. Hij krijgt goede raad en kracht om door te gaan. Betrokkene krijgt voldoening uit zijn werk als vrijwilliger bij de fietsenstalling en het gegeven dat hij ergens aan bijdraagt. Betrokkene heeft een goede klik met de reclasseerder. Dit geeft hem vertrouwen in het verdere verloop van het traject. Hij vindt het belangrijk om de stappen zorgvuldig te doorlopen en kan zich dan ook vinden in een verlenging van de TBS met één jaar.
De verdediging heeft aangevoerd dat betrokkene heel tevreden is over het behandelteam en het maatschappelijk werk van de FPA. Hij is vooral positief over de behandelaar. Er is een positieve lijn te zien op elk gebied. Heel positief is dat betrokkene een goede klik heeft met de reclasseerder. Betrokkene wenst de route van het proefverlof te volgen en hij is verheugd om naar de [begeleide woonvorm] te kunnen gaan. De verdediging verzet zich dan ook niet tegen het advies om de TBS met één jaar te verlengen.

6.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank is bevoegd om van de vordering kennis te nemen, omdat zij in eerste aanleg kennis heeft genomen van het misdrijf ter zake waarvan de TBS is gelast.
De vordering is tijdig, dat wil zeggen niet eerder dan twee maanden en niet later dan één maand voor het tijdstip waarop de TBS door tijdsverloop zou eindigen, ingediend. De officier van justitie is ontvankelijk in de vordering.
De TBS kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de TBS eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en moet voortvloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op het advies van de TBS-instelling wordt nog steeds voldaan aan dit wettelijke criterium. De rechtbank zal de TBS van betrokkene daarom verlengen.
Uit de stukken en ter zitting blijkt dat betrokkene op een positieve manier bezig is. Hij heeft een goed en positief contact met de mensen om zich heen. De volgende stap zal zijn de proefverloven en de stap daarna zal zijn het verhuizen naar begeleide woonvorm de [begeleide woonvorm] . Betrokkene zal nu moeten laten zien dat hij deze stappen goed kan doorlopen. Om hem die tijd te geven, zal de rechtbank de TBS van betrokkene dan ook met één jaar verlengen.

7.De beslissing

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van betrokkene met 1 (één) jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.B. Scheltema Beduin, voorzitter,
mr. N. van der Ploeg-Hogervorst en mr. J.P.E. Mullers, rechters, in tegenwoordigheid van de griffiers mr. A.J. Moggré-Hengst en mr. M.R. Tafazzul en is uitgesproken ter openbare zitting op 30 oktober 2024.
Mr. J.P.E. Mullers en de griffier mr. M.R. Tafazzul zijn niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.