Uitspraak
verblijfsadres: [adres 2] ,
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
eenring) en vervolgens
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het
primairtenlastegelegde feit;
een gevangenisstraf van 140 (honderdveertig) dagen, waarvan 70 (zeventig) dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 (twee) jaar;
bepaalt dat het voorwaardelijke deel van de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast, omdat verdachte voor het einde van de proeftijd de hierna vermelde voorwaarden niet heeft nageleefd;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
bijzondere voorwaarden:
- dat verdachte zich uiterlijk binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd zal melden bij Reclassering Inforsa, Vlaardingenlaan 5 te Amsterdam en zich daarna gedurende de proeftijd op de door de reclassering te bepalen tijdstippen zal blijven melden, zo lang en zo frequent als de reclassering dat noodzakelijk acht;
- dat verdachte zich gedurende de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering nodig vindt, laat behandelen door GGZ Ingeest of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Bij een terugval in het middelengebruik of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende opname voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal verdachte zich, na goedkeuring door de rechter, laten opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg, bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt;
- dat verdachte zich gedurende de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering nodig vindt, laat behandelen door de forensische ambulante zorg van Inforsa of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, teneinde zich te laten behandelen voor middelengebruik, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
- dat verdachte gedurende de proeftijd meewerkt aan controle van het gebruik van alcohol en drugs om het middelengebruik te beheersen en ten behoeve van de naleving van dit verbod meewerkt aan urine- of ademonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
- dat verdachte ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit, medewerking verleent aan het nemen van vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage biedt;
- dat verdachte medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;