In deze zaak hebben eisers beroep ingesteld tegen de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda, die op 9 januari 2024 hun verzoek om planschadevergoeding heeft afgewezen. Dit verzoek was ingediend naar aanleiding van een gewijzigd planologisch regime voor hun perceel. De rechtbank heeft op 22 oktober 2024 het beroep behandeld en geoordeeld dat het college de afwijzing op goede gronden heeft gedaan. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eisers in 2005 hun woning hebben gekocht, die destijds in een woongebied viel. Door latere bestemmingsplanwijzigingen is de bestemming van hun perceel veranderd, wat aanleiding gaf tot het verzoek om planschadevergoeding. De rechtbank heeft de rechtmatigheid van de besluiten van het college beoordeeld en geconcludeerd dat het college de juiste bestemmingsplannen heeft vergeleken en het schadebedrag correct heeft vastgesteld. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, omdat het college terecht heeft geoordeeld dat het normaal maatschappelijk risico hoger is dan het vastgestelde schadebedrag, waardoor er geen recht op vergoeding bestaat. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.