ECLI:NL:RBZWB:2024:7089

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
18 oktober 2024
Publicatiedatum
18 oktober 2024
Zaaknummer
02/180021-23 en 02/109981-24 (gev. ttz)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor bezit van kinderporno, huisvredebreuk en bedreigingen met geweld

Op 18 oktober 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren op [geboortedag 1] 2001, die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere strafbare feiten, waaronder het bezit van kinderporno, huisvredebreuk en bedreigingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 19 juli 2023 zich schuldig heeft gemaakt aan lokaalvredebreuk bij [stichting] in [plaats 1] en op 15 juli 2023 twee personen heeft bedreigd. Daarnaast heeft de verdachte in de periode van 5 juli 2023 tot en met 12 juli 2023 kinderporno in bezit gehad en zich daartoe toegang verschaft. De rechtbank achtte de feiten wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van het gewoonte maken van het bezit van kinderporno.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 183 dagen, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 240 uur. De vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat er onvoldoende bewijs was voor een aantasting in de persoon zoals bedoeld in artikel 6:106 BW. De rechtbank heeft ook bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht en een verbod op contact met minderjarigen.

De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van de feiten, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, en de adviezen van de reclassering en psycholoog. De verdachte heeft een borderline persoonlijkheidsstoornis en een grote achterstand in de sociaal-emotionele ontwikkeling, wat zijn gedragskeuzes beïnvloedde. De rechtbank heeft de strafoplegging in lijn gebracht met de landelijke oriëntatiepunten voor straftoemeting.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
Parketnummers: 02/180021-23 en 02/109981-24 (gev. ttz)
vonnis van de meervoudige kamer van 18 oktober
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedag 1] 2001 te [geboorteplaats] ,
wonende aan de [woonadres] ,
raadsman mr. O.N.J. Maatje, advocaat te Oosterhout.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 4 oktober 2024, waarbij de officier van justitie, mr. L.J. den Braber, en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
02/180021-23
feit 1:op 19 juli 2023 zich schuldig heeft gemaakt aan lokaalvredebreuk bij [stichting] in [plaats 1] ;
feit 2:op 15 juli 2023 [benadeelde 1] heeft bedreigd;
feit 3:op 15 juli 2023 [benadeelde 2] heeft bedreigd;
02/109981-24
in de periode van 5 juli 2023 tot en met 12 juli 2023 kinderporno (onder meer) in bezit heeft gehad en zich daartoe de toegang heeft verschaft en daarvan een gewoonte heeft gemaakt.

3.De voorvragen

De dagvaarding is geldig.
De rechtbank is bevoegd.
De officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging.
Er is geen reden voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte kinderporno in zijn bezit heeft gehad, maar niet dat daarvan een gewoonte is gemaakt. De drie bij parketnummer 02/180021-23 ten laste gelegde feiten acht de officier van justitie ook wettig en overtuigend bewezen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
Voor het bezit van kinderporno kan verdachte volgens de verdediging als een bekennende verdachte worden aangemerkt, maar van het gewoonte maken dient hij te worden vrijgesproken. Voor de drie bij parketnummer 02/180021-23 ten laste gelegde feiten refereert de verdediging zich aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de vier ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden, zoals hierna onder 4.4 wordt weergegeven.
Indien hoger beroep wordt ingesteld zullen de bewijsmiddelen worden opgenomen en
– voor zover nodig – worden uitgewerkt in een bijlage die aan het vonnis zal worden gehecht.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
02/180021-23
feit 1
op 19 juli 2023 te [plaats 1] in het besloten lokaal, te weten [stichting] gelegen aan de [adres] , bij [benadeelde 1] in gebruik, wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds heeft verwijderd;
feit 2
op 15 juli 2023 te [plaats 1] [benadeelde 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door die [benadeelde 1] dreigend de woorden toe te voegen "Als ik dat kankerwijf tegen kom dan steek ik dat kankerwijf dood he. En [naam 1] ook. [naam 1] is voor mij ook kanker klaar nu" en "Ik vermoord hem en zijn familie";
feit 3
op 15 juli 2023 te [plaats 1] [benadeelde 2] (verbalisant bij de eenheid Zeeland-West-Brabant) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door die [benadeelde 2] dreigend de woorden toe te voegen "Als ik die kankerlijers tegen kom dan steek ik die kankerwijf dood he, laat dat duidelijk zijn";
02/109981-24
op tijdstippen in de periode van 5 juli 2023 tot en met 12 juli 2023 te [plaats 1] telkens een gegevensdrager (te weten een telefoon), bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of (een) voorwerp(en) oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger/hand vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de vinger/hand vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf en/of
het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van de eigen geslachtsdelen, door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij sadomasochistische elementen aanwezig zijn en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/films
nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in
beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en/of
het masturberen (dicht) bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het houden van een (stijve) penis bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De strafbaarheid

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Dit levert de in de beslissing genoemde strafbare feiten op.
Verdachte is strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.

6.De strafoplegging

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert aan verdachte op te leggen een taakstraf van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis, en een gevangenisstraf van 183 dagen, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en met oplegging van de door de reclassering geadviseerde voorwaarden.
6.2
Het standpunt van de verdediging
Voor de strafoplegging refereert de verdediging zich aan het oordeel van de rechtbank. De verdediging kan zich vinden in de door de officier van justitie gevorderde straf.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Ernst van de feiten
Verdachte heeft in de periode van 5 tot en met 12 juli 2023 bijna 1000 kinderpornografische afbeeldingen in zijn bezit gehad, bestaande uit 995 foto’s en vier video’s. De afbeeldingen betroffen grotendeels afbeeldingen van kinderen tussen de vier en zestien jaar oud, met wie verregaande en schokkende seksuele handelingen worden verricht. Het was grotendeels virtuele kinderporno, die nauwelijks van echte kinderporno te onderscheiden was. Ook heeft verdachte contact gezocht met een meisje van zestien jaar oud. Zij hebben onderling masturbatieafbeeldingen naar elkaar gestuurd. Verdachte heeft zich niet beziggehouden met de gevolgen hiervan voor het minderjarige meisje en heeft alleen gedacht aan zijn eigen lustgevoelens.
Kinderporno is bijzonder ongewenst, met name omdat bij de vervaardiging ervan kinderen seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd. Deze kinderen lopen ten gevolge hiervan langdurige psychische schade op en kunnen nog lange tijd achtervolgd worden door de van hen verspreidde beelden. Verdachte moet mede verantwoordelijk worden gehouden voor genoemd seksueel misbruik van kinderen, omdat hij door kinderporno in bezit te hebben, heeft bijgedragen aan de instandhouding van de vraag ernaar. Voor virtuele kinderporno geldt niet dat bij de vervaardiging daarvan kinderen worden misbruikt, maar daarop worden wel minderjarigen seksueel afgebeeld. Op die manier kan ook virtuele kinderporno bijdragen aan de vraag naar en instandhouding van ‘echte’ kinderporno.
Op 15 juli 2023 moest verdachte tijdelijk de woonvoorziening van [stichting] in [plaats 1] verlaten, omdat hij voor veel onrust zorgde. De stichting begeleidt mensen met complexe zorgvragen en die hulpbehoevend zijn, zoals verdachte. Verdachte heeft die dag een ter plaatse gekomen politieagente bedreigd en ook bedreigingen uitgesproken bedoeld voor eigenaar en begeleider [benadeelde 1] . Die heeft van de woordelijke bedreigingen pas later kennis genomen via gemaakte cameraopnames, maar de woorden van verdachte hebben ook op hem grote indruk gemaakt. Verdachte is die dag niet aangehouden, maar wel op 19 juli 2023 toen hij definitief de woonvoorziening moest verlaten en daar weer niet aan mee wilde werken. Met zijn gedrag heeft verdachte geen respect getoond voor mensen die zich inzetten voor het welzijn van anderen en overlast en onrust veroorzaakt binnen een woonvoorziening voor mensen die juist rust en bescherming zoeken.
De persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte
De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafblad van verdachte van 22 augustus 2024, waaruit blijkt dat hij in 2019 een waarschuwing heeft gehad voor het tonen van schadelijk beeldmateriaal aan een minderjarige.
De rechtbank heeft voorts acht geslagen op de Pro Justitia-rapportage van 24 april 2024, opgesteld door [GZ-psycholoog] . Het psychologisch onderzoek is uitgevoerd naar aanleiding van de bij parketnummer 02/180021-23 bewezenverklaarde feiten. Volgens de psycholoog is bij verdachte sprake van een (grote) achterstand in de sociaal-emotionele ontwikkeling, die is uitgegroeid tot een borderline persoonlijkheidsstoornis. Verdachte functioneert op een kinderlijk niveau (prepuberaal), waarbij ernstige tekorten zijn in de impulscontrole, de emotieregulatie en de frustratietolerantie. Verder is sprake van achterstanden in de morele ontwikkeling en in gewetensfuncties. Zowel interne als externe regulatie- en copingmechanismen schieten ernstig tekort. Deze problematiek was ten tijde van het ten laste gelegde aanwezig en beïnvloedde de gedragskeuzes en gedragingen van verdachte. Het vermogen tot doelgericht en weloverwogen handelen van verdachte werd dusdanig beperkt, dat geadviseerd wordt om de ten laste gelegde feiten verminderd aan verdachte toe te rekenen.
De rechtbank is van oordeel dat de rapportage op deugdelijke wijze tot stand is gekomen
en dat de conclusies worden gedragen door een deugdelijke en inzichtelijk gemotiveerde
onderbouwing. De rechtbank neemt daarom de conclusies van de psycholoog over en zal de bewezen verklaarde feiten verminderd aan verdachte toerekenen. Dit geldt ook voor het bij parketnummer 02/109981-24 bewezenverklaarde feit (bezit kinderporno), nu dit feit in dezelfde periode is gepleegd.
Verder heeft de rechtbank kennisgenomen van het reclasseringsrapport van 27 september 2024. De reclassering is sinds de schorsing van de voorlopige hechtenis van verdachte op 21 juli 2023 bij verdachte betrokken. Verdachte houdt zich aan de gemaakte afspraken en is onder meer gestart met een behandeling. Het risico op recidive wordt ingeschat als gemiddeld tot hoog. Onder de huidige omstandigheden wordt het risico op gewelddadig gedrag ingeschat als laag. Als de hulpverlening echter wegvalt, neemt het risico op inadequaat en gewelddadig gedrag toe. De reclassering heeft geadviseerd om het volwassenstrafrecht toe te passen en een (deels) voorwaardelijke straf aan verdachte op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, een ambulante behandelverplichting, meewerken aan begeleid wonen of maatschappelijke opvang, een contactverbod, het vermijden van contact met minderjarigen, het vermijden van kinderporno en meewerken aan ambulante begeleiding. De seksualiteitsbeleving van verdachte moet onderdeel zijn van de begeleiding en behandeling. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard bereid te zijn zich aan de bijzondere voorwaarden te (blijven) houden.
Strafoplegging
Bij de bepaling van de zwaarte en hoogte van de straf heeft de rechtbank, naast het voorgaande, aansluiting gezocht bij de landelijke oriëntatiepunten voor straftoemeting. Daarin is voor het bezit van kinderporno als uitgangspunt een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden voorgeschreven. Voor bedreiging worden doorgaans geldboetes opgelegd en voor lokaalvredebreuk is geen oriëntatiepunt.
Alles afwegend acht de rechtbank een taakstraf in combinatie met een deels voorwaardelijke gevangenisstraf, zoals geëist door de officier van justitie, passend en geboden. Dit betekent dat verdachte zal worden veroordeeld tot een taakstraf van 240 uren en een gevangenisstraf van 183 dagen, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Het voorwaardelijke strafdeel dient ertoe verdachte ervan te weerhouden zich in de toekomst opnieuw aan strafbare feiten schuldig te maken en te bewerkstelligen dat een oplossing wordt gevonden voor de problematiek van verdachte en zo de kans op herhaling terug te dringen.

7.De benadeelde partij

02/180021-23 feit 2
De benadeelde partij [benadeelde 1] heeft voor feit 2 een schadevergoeding ingediend van € 600,00 op grond van aantasting in de persoon ‘op andere wijze’, zoals bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek (verder: BW).
Van de onder dit artikel bedoelde aantasting in de persoon ‘op andere wijze’ kan sprake zijn indien de aard en de ernst van de normschending en de gevolgen daarvan voor de benadeelde dit met zich meebrengen. Dan zal degene die zich hierop beroept de aantasting in zijn persoon met concrete gegevens moeten onderbouwen. Dat is slechts anders indien de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de in dit verband relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon kan worden aangenomen. Van een aantasting in de persoon ‘op andere wijze’ als bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, BW is niet reeds sprake bij de enkele schending van een fundamenteel recht.
De rechtbank oordeelt dat in deze zaak niet zonder meer kan worden aangenomen dat sprake is van een aantasting in de persoon zoals bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, BW. De rechtbank acht de nadelige gevolgen voor de benadeelde partij onvoldoende evident. Dat betekent dat een concrete onderbouwing noodzakelijk is en die ontbreekt. De benadeelde partij in de gelegenheid stellen om de vordering nader te onderbouwen, levert naar het oordeel van de rechtbank een onevenredige belasting van het strafgeding op, zodat de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal worden verklaard. De vordering kan bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 63, 138, 285 en 240b van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

9.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
02/180021-23
feit 1: wederrechtelijk vertoevende in het besloten lokaal, bij een ander in gebruik, zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijderen;
feit 2: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 3:bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
02/109981-24
een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd;
- verklaart verdachte strafbaar;
Strafoplegging
- veroordeelt verdachte tot
een taakstraf van 240 (tweehonderdveertig) uren;
- beveelt dat indien verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht,
vervangende hechteniszal worden toegepast van
120 (honderdtwintig) dagen;
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 183 dagen, waarvan 180 voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van dit vonnis in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf;
- bepaalt dat het voorwaardelijke deel van de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast, omdat verdachte voor het einde van de proeftijd de hierna vermelde voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt als
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaarden:
* dat verdachte zich binnen drie werkdagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland op het adres Ringbaan West 275 te Tilburg, tel. nr. 088-8041505, en zich daarna gedurende de proeftijd op de door de reclassering te bepalen tijdstippen blijft melden, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
* dat verdachte zich gedurende de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering nodig vindt, laat behandelen door Fivoor of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. . Bij verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende opname voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal verdachte zich, na goedkeuring door de rechter, laten opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg, bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt;
* dat verdachte gedurende de proeftijd op geen enkele wijze - direct of indirect - contact zal opnemen, zoeken of hebben met [naam 2] , geboren op [geboortedag 2] 2007 te [plaats 2] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod;
* dat verdachte op geen enkele wijze contact zoekt met minderjarigen. Hij vermijdt deze contacten zoveel mogelijk. Als contacten onvermijdelijk zijn, zorgt verdachte dat een begeleider hierbij aanwezig is. Verdachte bespreekt dit tevens met zijn toezichthouder;
* dat verdachte vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt.
Verdachte onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
- het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden
verkregen;
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd.
Verdachte bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te
voorkomen en werkt mee aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek. Verdachte verschaft toegang tot alle aanwezige computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Verdachte verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle. De controle op digitale gegevensdragers vindt maximaal drie keer per jaar plaats. De controle is gericht op de vraag of verdachte kinderpornografisch materiaal vermijdt. De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van verdachte. De reclassering kan voor technische ondersteuning een deskundige meenemen. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is;
* dat verdachte gedurende de proeftijd, indien en zolang de reclassering dit nodig acht, medewerking zal verlenen aan ambulante begeleiding van Humanitas Homerun of een soortgelijke instelling, gericht op het behoud van structuur in het dagelijks leven en ondersteuning;
* dat verdachte gedurende de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering nodig vindt, verblijft bij TOF wonen of een andere instelling voor beschermd/begeleid wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
van rechtswege gelden voorts als voorwaarden:
* dat verdachte ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit, medewerking verleent aan het nemen van vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage biedt;
* dat verdachte medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- geeft opdracht aan de reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
Benadeelde partijen
- verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van verdachte, tot nu toe begroot op nihil;
Voorlopige hechtenis
- heft het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis op.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A. van Beelen, voorzitter, mr. D.H. Hamburger en mr. R.J.H. Brouwer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. V.C.S. Jurres-Bos, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 18 oktober 2024.
Mr. Hamburger is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
De tenlastelegging
02/180021-23
1
hij op of omstreeks 19 juli 2023 te [plaats 1] , in elk geval in Nederland, in de woning, het besloten lokaal en/of het besloten erf, te weten [stichting] gelegen aan de [adres] , bij [benadeelde 1] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, in gebruik wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds heeft verwijderd;
(art 138 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
2
hij op of omstreeks 15 juli 2023 te [plaats 1] , in elk geval in Nederland, [benadeelde 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [benadeelde 1] dreigend de woorden toe te voegen "Als ik dat kankerwijf tegen kom dan steek ik dat kankerwijf dood he. En [naam 1] ook. [naam 1] is voor mij ook kanker klaar nu" en/of "Ik vermoord hem en zijn familie", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
(art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
3
hij op of omstreeks 15 juli 2023 te [plaats 1] , in elk geval in Nederland, [benadeelde 2] (verbalisant bij de eenheid Zeeland-West-Brabant) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [benadeelde 2] dreigend de woorden toe te voegen "Als ik die kankerlijers tegen kom dan steek ik die kankerwijf dood he, laat dat duidelijk zijn", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
(art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
02/109981-24
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 juli 2023 tot en met
12 juli 2023, althans op of omstreeks 12 juli 2023, te [plaats 1] , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal telkens afbeeldingen, te weten foto’s en/of video’s en/of films - en/of gegevensdragers (te weten een telefoon), bevattende afbeeldingen - te weten van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verspreid, aangeboden, vervaardigd, ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd, verworven, in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of (een) voorwerp(en) oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger/hand vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de vinger/hand vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf;
(afbeelding #01, #02, #05, #06, #09, #11, #12, #14, #18, #19, #21 van de toonmap)
en/of
het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van de eigen geslachtsdelen, door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(afbeelding #02, #18, #21 van de toonmap)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij sadomasochistische elementen aanwezig zijn en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/ filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose
en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/films
nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(afbeelding #04, #07, #10, #12, #15, #16, #18, #20, #21 van de toonmap)
en/of
het masturberen (dicht) boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(afbeelding #03, #08, #10, #13, #14, #17 van de toonmap)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
(art. 240b lid 1 en 2 Wetboek van Strafrecht)