ECLI:NL:RBZWB:2024:7021

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
17 oktober 2024
Publicatiedatum
17 oktober 2024
Zaaknummer
02-089074-24
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorhanden hebben van grote hoeveelheden wapens en munitie in auto onder bedenkelijke omstandigheden

Op 17 oktober 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 12 maart 2024 meerdere wapens en munitie voorhanden had in zijn auto. De verdachte, geboren in 1991 en thans gedetineerd, werd op 3 oktober 2024 inhoudelijk gehoord. De officier van justitie, mr. J. Verschuren, achtte het feit wettig en overtuigend bewezen, terwijl de verdediging geen bewijsverweer voerde. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een bekennende verklaring had afgelegd en dat er voldoende bewijs was om de tenlastelegging te ondersteunen.

De rechtbank concludeerde dat de verdachte op de openbare weg met een geladen wapenarsenaal reed, wat een ernstige bedreiging voor de veiligheid van de samenleving vormde. De verdachte had geen openheid van zaken gegeven en zijn verklaring over de wapens werd als ongeloofwaardig beschouwd. De rechtbank weegt mee dat de verdachte eerder voor soortgelijke feiten was veroordeeld in België.

De officier van justitie vorderde een gevangenisstraf van 48 maanden, wat de rechtbank passend achtte gezien de omstandigheden van de zaak. De rechtbank legde de verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op van 48 maanden met aftrek van het voorarrest, en verklaarde dat de tijd in voorarrest in mindering wordt gebracht op de opgelegde straf. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
parketnummer: 02/089074-24
vonnis van de meervoudige kamer van 17 oktober 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedag] 1991 te [geboorteplaats] ( [land] )
wonende te [woonadres] ( [land] )
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting in Dordrecht
raadsman mr. B. Çiçek, advocaat te Breda

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 3 oktober 2024, waarbij de officier van justitie, mr. J. Verschuren, en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte op 12 maart 2024 meerdere wapens en munitie voorhanden heeft gehad.

3.De voorvragen

De dagvaarding is geldig.
De rechtbank is bevoegd.
De officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging.
Er is geen reden voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het feit wettig en overtuigend bewezen, maar verzoekt het voorhanden hebben van één patroonmagazijn bewezen te verklaren en niet het voorhanden hebben van dertig patroonmagazijnen, zoals is ten laste gelegd onder het laatste gedachtestreepje. De verklaring van verdachte over hoe hij aan de wapens en munitie is gekomen is volstrekt ongeloofwaardig. Daarnaast claimde verdachte de eigenaar van de auto te zijn waarin de wapens en munitie zijn aangetroffen en hij had dan ook wetenschap van en beschikkingsmacht over de wapens en munitie.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen bewijsverweer gevoerd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Aangezien verdachte op het onderzoek ter terechtzitting een bekennende verklaring heeft afgelegd voor het ten laste gelegde feit en geen vrijspraak daarvoor is bepleit, wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering.
Wanneer hierna wordt verwezen naar een paginanummer, wordt bedoeld een pagina van het eindproces-verbaal van de politie eenheid Zeeland-West-Brabant, registratienummer PL2000-2024062793, opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren en digitaal doorgenummerd van pagina 1 tot en met 131.
De rechtbank acht het feit wettig en overtuigend bewezen, gelet op:
- de ter zitting van 3 oktober 2024 afgelegde bekennende verklaring van verdachte;
- het proces-verbaal van beschrijving en categorisering door [verbalisant] d.d. 29 april 2024 (p. 57-74).
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
op 12 maart 2024 te [plaats] , gemeente Rucphen, een wapen van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten:
- een automatisch vuurwapen, van het merk Imperial Tula Arms Plant,
type AKM, kaliber 7,62 x 39 millimeter en meerdere wapens van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten:
- een semi-automatisch kogelgeweer, van het merk Arsenal, type SAR-M2F, kaliber 7,62 x 39 millimeter,
- een revolver, van het merk Smith and Wesson, type model 60, kaliber .357 Magnum,
- een pistool, van een onbekend merk, type onbekend, kaliber .45 Auto en munitie van de categorie III, te weten:
- 90 kogelpatronen, kaliber 7,62 x 39 millimeter (goednummer 2702384),
- 7 kogelpatronen, kaliber .45, merk Sellier & Bellot (S&B),
- 1 kogelpatroon, kaliber 7,62 x 39 millimeter, merk Klimovsk Stamping Plant (goednummer 2702386),
- 7 hagelpatronen, kaliber 12, merk Dujardin (goednummer 2702388),
- 9 kogelpatronen, kaliber .308 Winchester, merk S&B (goednummer 2702389),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk CBC (goednummer 2702391),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk CBC (goednummer 2702393),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk IMI (goednummer 2702396),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk CBC (goednummer 2702398) en
een onderdeel dat specifiek bestemd is voor wapens en van wezenlijke aard is (gelet op artikel 3 lid 1 van de Wet Wapens en Munitie) te weten:
- 1 patroonmagazijn, kaliber 5,56 millimeter (goednummer 2702405) telkens zijnde vuurwapens in de vorm van een geweer, revolver en pistool en munitie voorhanden heeft gehad.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De strafbaarheid

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Dit levert het in de beslissing genoemde strafbare feit op.
Verdachte is strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.

6.De strafoplegging

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert aan verdachte op te leggen een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 48 maanden met aftrek van het voorarrest. Hij acht strafverzwarend dat de grote hoeveelheid wapens en munitie onder zeer bedenkelijke omstandigheden is aangetroffen in de auto, dat verdachte is gevlucht voor de politie en daarbij op een woning is ingereden en dat verdachte een valse identiteit heeft opgegeven. Daarnaast wordt in strafverzwarende zin meegenomen dat uit het Belgische strafblad van verdachte blijkt dat hij in 2015 voor soortgelijke feiten is veroordeeld.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging bepleit om aan verdachte op te leggen een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan het voorarrest en daarnaast een voorwaardelijke straf als stok achter de deur. Bij het bepalen van de hoogte van de straf dient de rechtbank uit te gaan van het feit zoals dat is ten laste gelegd. In strafmatigende zin acht de verdediging van belang dat de reclassering in België bereid is verdachte te begeleiden en dat zijn moeder afhankelijk is van de verzorging door verdachte.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft in zijn auto meerdere wapens en een grote hoeveelheid munitie voorhanden gehad. Op 12 maart 2024 reed verdachte in een Audi over de A27. De politie kreeg een ANPR-hit omdat het kenteken op deze Audi als gestolen stond geregistreerd en gaf hem daarop een volgteken. Verdachte negeerde dit volgteken en vluchtte weg met een snelheid tot 260 kilometer per uur. Nadat verdachte de macht over het stuur verloor, kwam hij tegen de gevel van een woning in [plaats] tot stilstand. De bewoners van die woning konden hierdoor die nacht niet in hun eigen huis verblijven. Toen verdachte werd aangehouden, gaf hij in eerste instantie een valse identiteit op. De Audi waarin hij reed bleek ook als gestolen geregistreerd te staan.
In de auto van verdachte trof de politie meerdere wapens en grote hoeveelheden bijbehorende munitie aan. De wapens lagen door de hele auto verspreid, waarbij meerdere wapens binnen het handbereik van verdachte lagen. Zo lag er een automatisch en semiautomatisch vuurwapen tussen de bestuurdersstoel en de achterbank in en lag er een pistool in het net achter de bestuurdersstoel. In de bestuurdersportier lag een revolver. De wapens lagen niet alleen binnen handbereik, maar waren bovendien geladen en dus gebruiksklaar. Door met een dergelijk geladen wapenarsenaal op de openbare weg te rijden, heeft verdachte een ernstige bedreiging gevormd voor de veiligheid van de samenleving en heeft hij gevaar veroorzaakt voor de nietsvermoedende weggebruikers. Het ongecontroleerde bezit van (geladen) wapens brengt onaanvaardbare risico’s met zich.
Naast wapens en munitie werden ook tie-wraps, ducttape en gestolen kentekenplaten in de auto aangetroffen. De rechtbank gaat ervan uit dat, gezien alle hierboven besproken omstandigheden, achter het handelen van verdachte een reden zat. De verklaring van verdachte dat hij enkel een tas van een drugsdealer heeft gestolen waar toevallig wapens in bleken te zitten, acht de rechtbank volstrekt onaannemelijk. Het feit dat verdachte geen openheid van zaken heeft gegeven en geen enkel inzicht heeft getoond in de laakbaarheid van zijn handelen, baart zorgen voor de toekomst. Daar komt nog bij dat het strafblad van verdachte in België omvangrijk is en een veroordeling voor wapenbezit in 2015 bevat. De destijds opgelegde straf heeft hem er kennelijk niet van weerhouden om zich opnieuw schuldig te maken aan soortgelijke feiten. Al deze omstandigheden weegt de rechtbank in strafverzwarende zin mee.
De rechtbank heeft voor het bepalen van de op te leggen straf acht geslagen op de geldende oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Op het voorhanden hebben van de aangetroffen wapens in de openbare ruimte staat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur. Daarnaast heeft verdachte veel munitie voorhanden gehad en zijn meerdere strafverzwarende omstandigheden, zoals geformuleerd in de oriëntatiepunten, aan de orde.
Alles afwegend acht de rechtbank de door de officier van justitie gevorderde onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 48 maanden met aftrek van het voorarrest passend en geboden. Zij zal deze straf aan verdachte opleggen.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

8.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II en vuurwapen
van categorie III, meermalen gepleegd , en medeplegen van handelen in strijd
met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd;
- verklaart verdachte strafbaar;
Strafoplegging
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 48 maanden;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.B. van Onzenoort, voorzitter, mr. S.W.M. Speekenbrink en mr. J.F.C. Janssen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.B.H. van Overveld, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 17 oktober 2024.
Bijlage I
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 12 maart 2024 te Meerkerk en/of Breda en/of
Ulvenhout, gemeente Breda en/of Etten-Leur en/of [plaats] , gemeente
Rucphen, althans in Nederland,
een of meerdere wapen(s) van categorie II, onder 2 van de Wet wapens
en munitie, te weten:
- een (automatisch) vuurwapen, van het merk Imperial Tula Arms Plant,
type AKM, kaliber 7,62 x 39 millimeter en/of
een of meerdere wapen(s) van categorie III, onder 1 van de Wet wapens
en munitie, te weten:
- een (semi-automatisch) (kogel)geweer, van het merk Arsenal, type
SAR-M2F, kaliber 7,62 x 39 millimeter,
- een revolver, van het merk Smith and Wesson, type model 60, kaliber
.357 Magnum,
- een pistool, van een onbekend merk/gelijkend op het merk Colt, type
onbekend / gelijkend op type M1911A1, kaliber .45 Auto en/of
munitie van de categorie III, te weten:
- 90 kogelpatronen, kaliber 7,62 x 39 millimeter (goednummer 2702384),
- 7 kogelpatronen, kaliber .45, merk Sellier & Bellot (S&B),
- 1 kogelpatroon, kaliber 7,62 x 39 millimeter, merk Klimovsk Stamping
Plant (goednummer 2702386),
- 7 hagelpatronen, kaliber 12, merk Dujardin (goednummer 2702388),
- 9 kogelpatronen, kaliber .308 Winchester, merk S&B (goednummer 2702389),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk CBC (goednummer 2702391),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk CBC (goednummer 2702393),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk IMI (goednummer 2702396),
- 1 kogelpatroon, kaliber .357 Magnum, merk CBC (goednummer 2702398) en/of
onderdelen en/of hulpstukken die specifiek bestemd zijn voor wapens
en wezenlijke aard zijn (gelet op artikel 3 lid 1 van de Wet Wapens en
Munitie) te weten:
- 30 patroonmagazijnen, kaliber 5,56 millimeter (goednummer 2702405)
(telkens) zijnde (een) vuurwapen(s) in de vorm van een geweer, revolver
en/of pistool en/of munitie voorhanden heeft gehad
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )