ECLI:NL:RBZWB:2024:6985
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- mr. Van Dam
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van bedrijfseconomische omstandigheden
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 oktober 2024 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen [de werkgever] B.V. en [de werknemer]. Het verzoek is ingediend door [de werkgever] op 31 juli 2024, waarbij de werkgever aanvoert dat de arbeidsplaats van [de werknemer] noodzakelijkerwijs is komen te vervallen door bedrijfseconomische omstandigheden. De werkgever, die deel uitmaakt van een groep bedrijven actief in de ontwikkeling en productie van rookgasafvoersystemen, heeft te maken met een sterke daling in de verkoop en verslechterende bedrijfsresultaten. Dit heeft geleid tot een reorganisatie en de centralisatie van ICT-werkzaamheden in Duitsland, waardoor de functie van netwerkbeheerder in Nederland is komen te vervallen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 1 oktober 2024 hebben partijen overeenstemming bereikt over de financiële afwikkeling van het dienstverband. [de werknemer] heeft erkend dat er geen mogelijkheden voor herplaatsing zijn en refereert zich aan het oordeel van de kantonrechter. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van bedrijfseconomische omstandigheden die een ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat herplaatsing niet mogelijk is en dat er een redelijke grond voor ontbinding bestaat op basis van de relevante artikelen van het Burgerlijk Wetboek.
De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden per 1 januari 2025, waarbij partijen ieder hun eigen proceskosten dragen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en andere verzoeken zijn afgewezen. Deze beschikking is gegeven door mr. Van Dam.