ECLI:NL:RBZWB:2024:6869
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 9 oktober 2024, wordt het verzet van de opposanten tegen een eerdere uitspraak van 19 juli 2024 behandeld. In die eerdere uitspraak verklaarde de rechtbank het beroep van de opposanten niet-ontvankelijk omdat zij het griffierecht niet op tijd hadden betaald. De opposanten, die lange tijd in het buitenland verbleven, stelden dat zij om die reden het griffierecht niet tijdig konden voldoen en vroegen de rechtbank om hun zaak alsnog in behandeling te nemen.
De rechtbank beoordeelt in deze uitspraak of de eerdere beslissing terecht was. De rechtbank concludeert dat de opposanten geen goede reden hebben voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. Het is de verantwoordelijkheid van de opposanten om ervoor te zorgen dat hun post, inclusief informatie over het griffierecht, op tijd wordt behandeld, ook als zij in het buitenland verblijven. De rechtbank benadrukt dat het aan de opposanten is om te regelen dat iemand anders hun post bijhoudt en hen op de hoogte houdt van belangrijke zaken.
Uiteindelijk oordeelt de rechtbank dat het verzet ongegrond is en dat de eerdere uitspraak in stand blijft. Er wordt geen proceskostenveroordeling opgelegd, en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.