ECLI:NL:RBZWB:2024:6815

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
18 september 2024
Publicatiedatum
7 oktober 2024
Zaaknummer
C/02/426182 / FA RK 24/4053
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • Meyboom
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor betrokkene met schizofrenie

Op 18 september 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek tot het verlenen van deze zorgmachtiging was ingediend door de officier van justitie, naar aanleiding van de situatie van betrokkene, geboren in 1976, die momenteel verblijft in een accommodatie voor geestelijke gezondheidszorg. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, wat leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en maatschappelijke teloorgang.

Tijdens de mondelinge behandeling op 18 september 2024 werd betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn advocaat, mr. V.C. Andeweg. De psychiater bevestigde dat betrokkene een langdurige psychiatrische voorgeschiedenis heeft en dat verplichte zorg noodzakelijk is om hem te stabiliseren, vooral gezien zijn eerdere ontregelingen na het stoppen met medicatie. Betrokkene zelf ontkent de noodzaak van verplichte zorg, maar de rechtbank oordeelde dat de risico's van ontregeling en de kans op herhaling van ernstige problemen te groot zijn om geen zorgmachtiging te verlenen.

De rechtbank heeft de verzoeken van de officier van justitie om verplichte zorg te verlenen, waaronder het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid en het uitoefenen van toezicht, toegewezen. De zorgmachtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 18 maart 2025. De rechtbank concludeerde dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de voorgestelde zorg evenredig en effectief is. De beschikking is mondeling gegeven door rechter Meyboom en schriftelijk uitgewerkt op 2 oktober 2024.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/426182 / FA RK 24/4053
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg aansluitend op een voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 18 september 2024van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1976 te [geboorteplaats] , [land] ,
wonende te [woonadres] ,
nu verblijvende in de [accommodatie] , [afdeling] (FHIC) [adres] , [plaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. V.C. Andeweg te Breda.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit:
- het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 3 september 2024.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 30 augustus 2024;
- de medische verklaring van 30 augustus 2024;
- een zorgplan van 29 augustus 2024;
- een blanco zorgkaart;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet Bopz en de Wvggz;
- een afschrift van de justitiële documentatie en politiemutaties.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 18 september 2024, in de hierboven genoemde accommodatie.
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- de heer [naam] , psychiater.
Daarnaast waren een persoonlijk begeleider en forensisch begeleider aanwezig, maar zij zijn niet gehoord.
1.4
De officier van justitie is, zoals hij al aangaf in zijn verzoek, niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.
2. Verzoek
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging aansluitend op een voortzetting van de crisismaatregel te verlenen ten behoeve van betrokkene, voor de duur van zes maanden en voor de navolgende vormen van verplichte zorg:
- toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.

3.Standpunten

3.1
Betrokkene merkt op dat hij geen verplichte zorg nodig heeft. Ook wil hij niet langer opgenomen zijn. Hij is wel bereid medicatie te blijven gebruiken.
3.2
De psychiater brengt naar voren dat betrokkene een langdurige psychiatrische voorgeschiedenis heeft. Er is sprake van schizofrenie. In het verleden is betrokkene meermalen ontregeld geraakt gedurende periodes waarin hij stopte met het gebruik van de hem voorgeschreven medicatie. Verplichte zorg was op die momenten noodzakelijk om hem opnieuw op medicatie in te kunnen stellen. Betrokkene is begin 2024, na te zijn uitgeschreven uit de zorg omdat hij voldoende stabiel werd bevonden, opnieuw ontregeld geraakt. Aangenomen wordt dat hij vrij snel na dit uitschrijven met het gebruik van antipsychotica is gestopt. Betrokkene is vervolgens met een crisismaatregel opgenomen, nadat hij in verwarde toestand overlast veroorzaakte en hij een man was aangevallen. Daarover heeft betrokkene bij opname aangegeven dat hij door anderen wordt tegengewerkt en dat dit ervoor zorgt dat hij agressief gedrag naar anderen laat zien.
Betrokkene heeft ook nu nog een psychiatrisch toestandsbeeld in de vorm van paranoïde wanen. Betrokkene zelf ontkent dat er bij hem hiervan sprake is. Wel lijkt er voorzichtig bij hem enig inzicht te zijn gekomen dat er andere wegen zijn dan agressie om zijn doelen te bereiken. Betrokkene oogt op dit moment rustig en hij is goed in de samenwerking. Daarmee is echter niet gezegd dat het ernstig nadeel al in voldoende mate is geweken, aangezien er in zijn opstelling ook een grote mate van onvoorspelbaarheid schuilt. Dit maakt dat de kans dat betrokkene op enig moment weer besluit met de medicatie te stoppen en hij opnieuw ernstig ontregeld raakt nog in belangrijke mate aanwezig is.
3.3
De advocaat van betrokkene voert aan dat haar cliënt duidelijk laat blijken veel moeite te hebben met de zorg in verplichte vorm. Dit geldt niet alleen voor de opname, maar meer in het bijzonder ook voor het uitoefenen van (camera)toezicht. Namens betrokkene stelt zij zich daarom primair op het standpunt dat het verzoek moet worden afgewezen. In het geval dat de rechtbank anders mocht oordelen verzoekt zij subsidiair de zorgmachtiging te beperken tot de hoogst noodzakelijke zorgvorm, namelijk het toedienen van medicatie.

4.Beoordeling

4.1
Uit de overgelegde stukken en hetgeen is besproken tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen.
4.2
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in levensgevaar, ernstige verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang.
4.3
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en te herstellen en de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
4.4
Betrokkene is momenteel rustig en goed in de samenwerking. Maar deze ontwikkeling is pril en de kans op ontregeling is nog steeds aanwezig. Betrokkene laat bovendien blijken dat hij vindt dat hij geen verplichte zorg nodig heeft. Daarbij komt dat betrokkene in het begin van dit jaar vrij snel nadat hij uit de zorg was ontslagen, is gestopt met de medicatie, waarop hij vervolgens opnieuw ernstig ontregeld is geraakt. Er kan nog onvoldoende op worden vertrouwd dat betrokkene aan de hem voorgeschreven zorg consequent zal blijven meewerken in het geval dat die zorg in een vrijwillig kader wordt geboden. Om die reden is verplichte zorg nodig.
4.5
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
4.6
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.7
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
4.8
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden.

5.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1976 te [geboorteplaats], [land] ;
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals genoemd in rechtsoverweging 4.5 kunnen worden getroffen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 18 maart 2025.
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. Meyboom, rechter, en in het openbaar uitgesproken op 18 september 2024 in tegenwoordigheid van Baremans als griffier en op 2 oktober 2024 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.