Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 29 januari 2024 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres] , te [plaats 1] , eiseres,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Hoewel de MS pas in juni 2022 definitief is vastgesteld, is het volgens de verzekeringsarts b&b aannemelijk dat deze aandoening reeds op 1 februari 2022 aan de orde was.
Conclusie en gevolgen
€ 2.187,50 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting en 0,5 voor het indienen van een schriftelijke reactie na heropening met een waarde per punt van € 875,- en wegingsfactor 1). Daarnaast moet het UWV de reiskosten van eiseres tot een bedrag van € 30,- vergoeden en moet het UWV de kosten voor het opvragen van informatie bij de huisarts tot een bedrag van € 46,38 vergoeden.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt het UWV op binnen zes weken na de dag nadat de termijn om hoger beroep in te
- bepaalt dat het UWV het griffierecht van € 50,- aan eiseres moet vergoeden;
- veroordeelt het UWV tot betaling van € 2.263,88 bedrag aan proceskosten aan eiseres.