Alwel vordert – na vermeerdering van eis – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. De huurovereenkomst tussen Alwel en [gedaagde] met betrekking tot de woning aan de [adres] te [plaats] te ontbinden,
II. [gedaagde] te veroordelen om binnen 14 dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis de woning aan de [adres] te [plaats] te verlaten en ontruimen, met al degenen die en al hetgeen dat zich daarin of daarop bevinden respectievelijk bevindt, en verlaten en ontruimd te houden met afgifte van alle passende sleutels aan Alwel,
III. [gedaagde] te veroordelen om – in de periode tussen het moment dat de huurovereenkomst wordt ontbonden en het gehuurde is ontruimd – een gebruiksvergoeding te betalen gelijk aan de alsdan laatstelijk verschuldigd zijnde maandhuur ad € 779,35 per maand, opeisbaar per eerst dag van de maand waarop de vergoeding betrekking heeft en te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf datum opeisbaarheid tot datum algehele voldoening daarvan,
IV. [gedaagde] te veroordelen om binnen 14 dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis de contractuele boete ad € 2.500,00 aan Alwel te voldoen,
V. [gedaagde] te veroordelen in de kosten van deze procedure,
VI. [gedaagde] te veroordelen tot betaling aan Alwel van de achterstallige huurpenningen oktober 2023 tot en met december 2023 ad € 2.338,05, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de respectievelijke vervaldagen tot datum algehele voldoening daarvan.