Op 15 augustus 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oosterhout. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de verlening van een omgevingsvergunning voor het kappen van 52 niet-monumentale bomen op een te ontwikkelen bedrijventerrein in Oosterhout. De omgevingsvergunning was eerder verleend op 15 november 2022, en na bezwaar van eiseres heeft het college op 31 mei 2023 besloten de vergunning in stand te laten, met een wijziging in de compensatie-eisen. Eiseres betoogde dat de compensatie van de gekapte bomen niet voldoende was vastgelegd en dat er niet duidelijk was waar de extra bomen herplant zouden worden. De rechtbank heeft het beroep op 4 juli 2024 behandeld, waarbij de gemachtigden van beide partijen aanwezig waren. De rechtbank oordeelde dat het college de vergunning terecht had verleend, maar dat er een motiveringsgebrek was in de besluitvorming over de herplantplicht. Desondanks heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard, omdat eiseres niet benadeeld was door het gebrek. De rechtbank heeft bepaald dat het college het griffierecht van € 365,- aan eiseres moet vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.