1.1De rechtbank oordeelt op grond van het navolgende stukken:
- de beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 31 mei 2022 en alle daarin vermelde en opgenomen stukken;
- het e-mailbericht vanuit Kind in Scheiding Zeeland van 24 april 2023, met bijlage;
- het e-mailbericht vanuit Kind in Scheiding Zeeland van 25 mei 2023;
- het e-mailbericht vanuit Kind in Scheiding Zeeland van 6 juni 2023, met als bijlage het adviesrapport;
- de brief van de Raad van 6 juni 2023, binnengekomen bij de rechtbank op 8 juni 2023;
- de brief van de Raad van 29 juni 2023, binnengekomen bij de rechtbank op 30 juni 2023;
- de brief van de Raad van 28 september 2023, binnengekomen bij de rechtbank op 2 oktober 2023, met als bijlage de UHA rapportage van 28 september 2023;
- het F9-formulier van mr. Broekman-de Feijter van 2 november 2023, met bijlagen;
- het F9-formulier van mr. De Brouwer van 5 december 2023;
- het F5-formulier van mr. De Brouwer van 3 januari 2024;
- het F9-formulier van mr. Broekman-de Feijter van 18 januari 2024.