ECLI:NL:RBZWB:2024:4659
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 19 juli 2024, wordt het beroep van eiseres tegen een besluit van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid behandeld. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een boete wegens het niet tijdig inburgeren, welke boete bij het bestreden besluit van 31 januari 2024 was komen te vervallen. Echter, de rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is omdat het griffierecht niet is betaald. De rechtbank wijst erop dat volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het griffierecht voor deze zaak € 187,- bedraagt en dat dit bedrag binnen een bepaalde termijn betaald moet worden. Eiseres heeft het griffierecht niet tijdig betaald en heeft geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven. Hierdoor kan de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordelen en blijft het bestreden besluit in stand. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.