ECLI:NL:RBZWB:2024:4014
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sluis inzake termijnoverschrijding bij indienen beroepschrift
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd op 6 juni 2024, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sluis behandeld. Het bestreden besluit, dat op 20 oktober 2023 is verzonden, betreft een beslissing waartegen eiser in beroep is gegaan. De rechtbank oordeelt dat het beroepschrift van eiser, gedateerd op 8 december 2023, te laat is ingediend. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken en eindigde op 4 december 2023. Eiser betwist de termijnoverschrijding niet, maar stelt dat deze hem niet kan worden toegerekend omdat het besluit naar het oude kantooradres van zijn gemachtigde is verzonden.
De rechtbank overweegt dat het de verantwoordelijkheid van de gemachtigde is om een adreswijziging tijdig door te geven. Eiser heeft niet kunnen onderbouwen dat er meerdere meldingen zijn gedaan over de adreswijziging aan het college. Het college heeft aangegeven pas op 12 november 2023 te hebben vernomen dat het kantoor van de gemachtigde was verhuisd. De rechtbank concludeert dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar is en dat het college terecht heeft verondersteld dat het besluit naar het juiste adres was verzonden.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk, wat betekent dat het beroep niet inhoudelijk wordt behandeld. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om verzet aan te tekenen binnen zes weken na verzending van de uitspraak.