Uitspraak
1.De procedure
- het tussenvonnis van 28 februari 2024 met de daarin genoemde stukken;
- de mondelinge behandeling van 7 mei 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Bij de beoordeling van een vordering tot uitvoerbaarverklaring bij voorraad moeten de belangen van partijen worden afgewogen in het licht van de omstandigheden van het geval. Het belang van TBV om het vonnis onmiddellijk ten uitvoer te kunnen leggen ondanks een eventueel hoger beroep weegt in dit geval naar het oordeel van de kantonrechter zwaarder dan het belang van [gedaagde] om dat niet te doen. Dat TBV belang heeft bij de uitvoerbaarverklaring bij voorraad is duidelijk. In dat geval gaat er een duidelijk signaal uit dat er streng wordt opgetreden tegen prostitutie en hiermee wordt ook de negatieve invloed van prostitutie in de woonomgeving weggenomen. Het belang van [gedaagde] om in de woning te kunnen blijven wonen is in het kader van de uitvoerbaarheid bij voorraad naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende om het vonnis niet uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Daarom zal het vonnis uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard.