ECLI:NL:RBZWB:2024:3615

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
28 februari 2024
Publicatiedatum
3 juni 2024
Zaaknummer
C/02/401972 / HA ZA 22-524
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • Fleskens
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake bewijslevering in civiele zaak tussen twee besloten vennootschappen met betrekking tot technische specificaties van inclinometers

In deze civiele procedure tussen twee besloten vennootschappen, eiseres in conventie en gedaagde in conventie, heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 februari 2024 een vonnis gewezen. De zaak betreft een geschil over de levering van controllers die inclinometers bevatten. Eiseres in conventie heeft de gedaagde in conventie aangeklaagd wegens een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst, waarbij gedaagde stelt dat de geleverde inclinometers niet overeenkwamen met de afgesproken specificaties. De rechtbank heeft eerder, op 12 juli 2023, een tussenvonnis gewezen waarin gedaagde in de gelegenheid werd gesteld bewijs te leveren van haar stelling dat de inclinometers in de eerste batch controllers van het type SCA100T waren, terwijl in de tweede batch inclinometers van het type ADIS16209 waren geleverd. Gedaagde heeft in haar akte aangegeven dat zij het bewijs niet op de voorgestelde wijze kan leveren, maar heeft wel andere bewijsstukken overgelegd, waaronder een offerte van 12 november 2012 en bijbehorende datasheets. Eiseres heeft betwist dat gedaagde aan de bewijsopdracht heeft voldaan en heeft aangeboden getuigen te horen ter ondersteuning van haar standpunt. De rechtbank heeft geoordeeld dat gedaagde voorshands voldoende bewijs heeft geleverd dat de eerste batch inclinometers van het type SCA100T bevatte, maar heeft eiseres toegelaten om tegenbewijs te leveren. De zaak is aangehouden voor verdere bewijslevering en het horen van getuigen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/401972 / HA ZA 22-524
Vonnis van 28 februari 2024
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[eiseres in conventie] BV,
gevestigd te [plaats 1] ,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. M.G.G. de Bruin te Sliedrecht,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in conventie] BV,
gevestigd te [plaats 2] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. A.M.M. de Waal te Bergen op Zoom.
Partijen zullen hierna [eiseres in conventie] en [gedaagde in conventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 12 juli 2023 en de onderliggende stukken,
  • de akte van de zijde van [gedaagde in conventie] met de producties 19-23,
  • de antwoordakte uitlaten na tussenvonnis van de zijde van [eiseres in conventie] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

in conventie en in reconventie

2.1.
Bij vonnis van 12 juli 2023 heeft de rechtbank [gedaagde in conventie] in de gelegenheid gesteld zich bij akte uit te laten over de vraag hoe zij het bewijs wil leveren van haar stelling dat er sprake is van een tekortkoming van [eiseres in conventie] in die zin dat in de eerste batch controllers van [eiseres in conventie] inclinometers zaten van het type SCA100T en in de tweede batch controllers inclinometers van het type ADI S16209. Daarbij heeft de rechtbank als vaststaand aangenomen dat in de tweede batch inclinometers van het type ADI S16209 zaten. De rechtbank heeft overwogen dat het het meest objectief zou zijn om het bewijs dat de eerste batch was voorzien van inclinometers van het type SCA100T te leveren aan de hand van een controller uit de eerste batch of het prototype. Voorts heeft zij overwogen dat voor zover [gedaagde in conventie] een deskundigenbericht voor het bewijs noodzakelijk acht, [gedaagde in conventie] dient aan te geven welke deskundige zij daarvoor geschikt acht evenals de aan deze deskundige voor te leggen vragen.
2.2.
[gedaagde in conventie] heeft bij akte aangegeven dat zij het bewijs niet op de door de rechtbank voorgestelde wijze kan leveren. [gedaagde in conventie] voert aan dat zij nooit feitelijk heeft gecontroleerd met welke inclinometers de controllers waren uitgevoerd maar is afgegaan op wat partijen waren overeengekomen en wat [eiseres in conventie] aan (technische) informatie heeft aangedragen. Verder stelt zij dat het onwenselijk was om controllers te openen terwijl zij ook geen kans heeft gezien om een controller uit de eerste batch te vinden omdat vrijwel alle controllers uit de eerste batch vanwege corrosie aan de behuizing door [eiseres in conventie] zijn omgeruild voor exemplaren uit de tweede batch.
2.2.1.
[gedaagde in conventie] voert echter ook aan dat zij op een andere wijze wel aan de op haar rustende bewijslast kan voldoen omdat zij in haar administratie de brief van 12 november 2012 van [eiseres in conventie] heeft teruggevonden waarmee [eiseres in conventie] aan [gedaagde in conventie] de controllers van [fabrikant] , type JCM-5xx heeft aangeboden (productie 19 bij de akte van [gedaagde in conventie] ). [gedaagde in conventie] verwijst naar de bijlagen die volgens het onderschrift bij die brief hebben gezeten, te weten het zogenaamde Datablad JCM5xx Smart, Datablad technische Daten LoadCell MX Modul, Datablad vti_ sca100T_d02 en lnclinometer arrangement t.b.v. montagerichting van de inclinometer (productie 20 t/m 23 bij de akte van [gedaagde in conventie] ). [gedaagde in conventie] stelt dat met de brief van 12 november 2012 en de bijlagen de afspraak tussen partijen dat de door [eiseres in conventie] aangeboden en door [gedaagde in conventie] bestelde controllers zouden worden uitgerust met de SCA100T hoekmeter vaststaat en daarmee ook dat [eiseres in conventie] met de levering van de ADIS16209 tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen. Het is volgens [gedaagde in conventie] minder relevant of de ADIS16209 in de eerste batch, de tweede batch of in allebei is geplaatst omdat de brief van 12 november 2012 en vooral de bijbehorende datasheets aan de basis staan van onderhavig project en [gedaagde in conventie] haar software heeft ontwikkeld op de technische data die door [eiseres in conventie] was aangeleverd en anderszins tussen partijen was uitgewisseld. Doordat [eiseres in conventie] eigenhandig en zonder overleg de controllers heeft uitgevoerd met de ADIS16209 was het project volgens [gedaagde in conventie] gedoemd te mislukken. [gedaagde in conventie] voert nog aan dat uit punt 27 van de conclusie van antwoord/productie 3 blijkt dat [eiseres in conventie] op 23 mei 2019 naar diezelfde montage-instructies van de SCA100T heeft verwezen.
2.2.2.
[gedaagde in conventie] voert daarnaast aan dat de technische specificaties van beide inclinometers van elkaar verschillen, zoals ook blijkt uit de datasheets. Zo heeft de SCAl00T een "0.0025° resolution (10 Hz BW, analog output)" en een "mechanical shock van 20000g" terwijl de ADIS16209 een "0.025° resolution" en "3500g powered shock survivability" (productie 12 bij dagvaarding) heeft, aldus [gedaagde in conventie] . Volgens [gedaagde in conventie] is de ADIS 16209 gevoeliger voor temperatuurverschillen hetgeen sneller leidt tot strooiafwijkingen terwijl de SCAl00T in staat is om grotere schokken op te vangen en daardoor nauwkeuriger strooit.
2.2.3.
[gedaagde in conventie] stelt dat zij met al het voorgaande aan de op haar rustende bewijslast heeft voldaan omdat zij heeft aangetoond dat overeengekomen is dat [eiseres in conventie] inclinometers van het type SCA100T zou leveren, terwijl [eiseres in conventie] heeft erkend dat zij, in ieder geval in de tweede batch waarbij problemen ontstonden controllers met inclinometers van het type ADIS16209 heeft geleverd. Gelet daarop acht [gedaagde in conventie] een deskundigenbericht niet nodig. In het geval de rechtbank anders beslist, refereert [gedaagde in conventie] zich aan het oordeel van de rechtbank met betrekking tot de te benoemen deskundige.
2.3.
[eiseres in conventie] heeft bij antwoordakte uitlaten na tussenvonnis aangevoerd dat door [gedaagde in conventie] niet aan de bewijsopdracht is voldaan. [eiseres in conventie] betwist dat niet is vast te stellen welke controller in welke batch is geleverd. Volgens [eiseres in conventie] kan aan de hand van de serienummers zonder meer worden vastgesteld of een controller is geleverd in batch 1 of batch 2 en kunnen de controllers ook worden geopend. [eiseres in conventie] voert verder aan dat [gedaagde in conventie] ten onrechte terug grijpt op een (niet getekende) offerte uit 2012 terwijl het er zoals de rechtbank in het tussenvonnis onder r.o. 4.4. heeft geoordeeld om gaat dat zij op grond van de overeenkomst in 2018 aan [gedaagde in conventie] controllers moest leveren die qua functie en vorm compatible zouden zijn en qua technische specificaties identiek aan het prototype. Zoals [eiseres in conventie] op de mondelinge behandeling heeft verklaard (en door [gedaagde in conventie] niet is betwist) was de offerte uit 2012 slechts het startpunt van het ontwikkeltraject en is door [gedaagde in conventie] niet ontwikkeld op basis van de offerte, maar op basis van het (geteste en goedgekeurde) prototype. Kenmerkend voor een ontwikkeltraject is dat specificaties kunnen wijzigen. De specificaties uit de offerte van 2012 zeggen daarmee volgens [eiseres in conventie] niets. [eiseres in conventie] voert verder aan dat de bijlagen die door [gedaagde in conventie] als productie 20 t/m 23 worden overgelegd (ook) niet van dezelfde datum zijn als de offerte, zoals [gedaagde in conventie] zelf ook aangeeft in haar voetnoten. Verder blijkt volgens [eiseres in conventie] zonder meer uit producties 21 en 22 dat de specificaties aan verandering onderhevig waren in het kader van de ontwikkelopdracht nu beide documenten spreken over revisie ("Rev.") en een datum van creatie ("created") en verandering ("changed"), waarmee vast staat dat het beroep van [gedaagde in conventie] op de specificaties in de offerte van 2012 geen stand kan houden. [eiseres in conventie] stelt ook nog dat het van belang is dat door [eiseres in conventie] in het kader van de ontwikkelopdracht een prototype is opgeleverd aan [gedaagde in conventie] , waarbij zowel [eiseres in conventie] en [fabrikant] hebben verklaard dat in alle controllers die op dat prototype zijn gestoeld de inclinometer ADIS16209 is gebruikt. [eiseres in conventie] herhaalt haar aanbod voor het leveren van (tegen)bewijs door middel van het doen laten horen van de heer [naam 1] , de heer [naam 2] , de heer [naam 3] alsook de medewerker(s) van [fabrikant] die allen kunnen verklaren over de ontwikkeling van het prototype en welke inclinometer voor zowel het prototype als de later op basis daarvan geproduceerde controllers is gebruikt. Voor zover de rechtbank niet op voorhand oordeelt dat [gedaagde in conventie] niet in het haar opgedragen bewijs is geslaagd, verzoekt [eiseres in conventie] derhalve een datum voor een getuigenverhoor te bepalen zodat door [eiseres in conventie] door middel van het doen laten horen van de hiervoor genoemde getuigen tegenbewijs kan worden geleverd. [eiseres in conventie] voert verder nog aan dat [gedaagde in conventie] niet kan aanvoeren dat zij een deskundigenbericht niet nodig acht maar zij zich anders refereert aan het oordeel van de rechtbank omdat [gedaagde in conventie] zelf gehouden is hier invulling aan te geven.
2.4.
[gedaagde in conventie] stelt met de als productie 19 overgelegde offerte van 12 november 2012 met bijlagen aan haar bewijsopdracht te hebben voldaan. [eiseres in conventie] heeft niet betwist dat de offerte van haar afkomstig is. De rechtbank stelt vast dat in die offerte van 12 november 2012 de controllers van [fabrikant] door [eiseres in conventie] aan [gedaagde in conventie] worden aangeboden en dat in die offerte (onder meer) wordt verwezen naar de als productie 21 overgelegde bijlage LoadCell MX Modul waarin als sensortype de SCA100T wordt genoemd. Ook wordt in de offerte verwezen naar de bijlage: “ [kenmerk] ” waarvan [gedaagde in conventie] als productie 23 heeft overgelegd de zogenaamde “Data Sheet SCA100T Dual Axis inclinometers series” waar technische gegevens van de SCA100T in zijn opgenomen. Op basis van deze stukken staat vast dat in de offerte die heeft geleid tot het ontwikkeltraject is uitgegaan van een inclinometer van het type SCA100T. De rechtbank is van oordeel dat op basis daarvan voorhands kan worden aangenomen dat het prototype en de controllers in de eerste batch zouden worden uitgerust met inclinometers van het type SCA100T. Daaraan staat niet in de weg dat, zoals [eiseres in conventie] betoogt, sommige bijlagen een andere datum hebben dan de offerte nu [eiseres in conventie] niet onderbouwd heeft gesteld dat dit niet de juiste bijlagen zijn en zij ook geen andere bijlagen in het geding heeft gebracht die wel bij de offerte waren gevoegd. De rechtbank gaat er daarom van uit dat de door [gedaagde in conventie] overgelegde bijlagen onderdeel uitmaakten van de offerte op basis waarvan partijen het ontwikkeltraject zijn ingegaan. [gedaagde in conventie] heeft daarmee naar het oordeel van de rechtbank voorshands voldoende bewijs geleverd van haar stelling dat de controllers in de eerste batch zijn uitgerust met inclinometers van het type SCA100T. [eiseres in conventie] voert aan dat de offerte “slechts” het startpunt was voor het ontwikkelingstraject op basis van het prototype en dat in afwijking van de offerte in het prototype en in de eerste batch de inclinometer van het type ADIS16209 heeft gezeten. Of deze stelling van [eiseres in conventie] juist is, kan niet zonder meer worden uitgesloten nu er geen nadere gegevens bekend zijn over het ontwikkeltraject en eventuele wijzigingen in de specificaties als genoemd in de offerte. Daarnaast staat vast dat het prototype niet is geopend en er ook geen controllers uit de eerste batch zijn geopend. [eiseres in conventie] zal conform haar bewijsaanbod worden toegelaten om tegenbewijs te leveren tegen de voorshands bewezen stelling dat in het prototype en de eerste batch inclinometers zaten van het type SCA100T.
2.5.
De rechtbank merkt op dat, anders dan [gedaagde in conventie] heeft betoogd, wel degelijk relevant is of het prototype en de eerste batch een andere inclinometer hadden dan de tweede batch. De stelling van [gedaagde in conventie] is namelijk dat de problemen zijn ontstaan met de levering van de tweede batch en dat dit moet zijn veroorzaakt doordat de technische specificaties van de inclinometers zijn veranderd zonder dat [gedaagde in conventie] hiervan in kennis is gesteld. Op het moment dat blijkt dat ook in het protoype en de eerste batch de inclinometer van het type ADIS16209 heeft gezeten dan kan dat volgens de stelling van [gedaagde in conventie] dus niet de oorzaak van de genoemde gebreken en gestelde schade zijn. De software van [gedaagde in conventie] is ontwikkeld aan de hand van het prototype. Voor zover [gedaagde in conventie] dus stelt dat het niet relevant is of de ADIS16209 in de eerste batch, de tweede batch of in allebei is geplaatst volgt de rechtbank [gedaagde in conventie] niet.
2.6.
De rechtbank houdt iedere overige beslissing aan.

3.De beslissing

De rechtbank
in conventie en in reconventie
3.1.
laat [eiseres in conventie] toe om tegenbewijs te leveren tegen de voorshands bewezen stelling dat er in het prototype en de eerste batch inclinometers van het type SCA100T zaten,
3.2.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
13 maart 2024voor uitlating door [eiseres in conventie] of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel,
3.3.
bepaalt dat [eiseres in conventie] , indien zij geen bewijs door getuigen wil leveren maar wel
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,
3.4.
bepaalt dat [eiseres in conventie] , indien zij
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden maart tot en met juni 2024 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
3.5.
bepaalt dat dit getuigenverhoor zal plaatsvinden op de terechtzitting van mr. Fleskens in het gerechtsgebouw te Breda aan Stationslaan 10,
3.6.
bepaalt dat
alle partijenuiterlijk tien dagen voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,
3.7.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Fleskens en in het openbaar uitgesproken op 28 februari 2024.

Voetnoten

1.type: