ECLI:NL:RBZWB:2024:2901
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag elektrische personenauto op basis van ontbindende voorwaarde
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 6 mei 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn subsidieaanvraag voor de aanschaf van een elektrische auto beoordeeld. Eiser had op 1 maart 2023 een subsidie aangevraagd op basis van de Subsidieregeling elektrische personenauto’s particulieren, nadat zijn aanvraag op 17 maart 2023 door de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat was afgewezen. Eiser maakte bezwaar, maar dit werd op 6 april 2023 ongegrond verklaard, waarna hij beroep instelde.
De rechtbank behandelt de zaak en concludeert dat de staatssecretaris de aanvraag terecht heeft afgewezen. Eiser stelde dat hij op 29 november 2022 een voorlopige koopovereenkomst had gesloten met een ontbindende voorwaarde, maar de rechtbank oordeelt dat er op dat moment al een bindende koopovereenkomst was gesloten. De staatssecretaris had terecht vastgesteld dat de koopovereenkomst in het kalenderjaar van de subsidieaanvraag moest zijn gesloten, wat niet het geval was. De rechtbank benadrukt dat de subsidiegelden alleen beschikbaar zijn voor overeenkomsten die in hetzelfde jaar zijn ondertekend als de aanvraag.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor het bestreden besluit in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.