Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1987 te [geboorteplaats] ;
1 mei 2024;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 10 april 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1987. De officier van justitie had verzocht om verlenging van de crisismaatregel, die oorspronkelijk op 5 april 2024 was opgelegd. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkene, zijn advocaat, een klinisch psycholoog, zijn moeder en een vriend aanwezig waren. De betrokkene verblijft momenteel in de accommodatie van Stichting Emergis.
Tijdens de behandeling heeft de betrokkene aangegeven dat hij zich beter voelt sinds zijn opname, maar dat hij de opname wil beëindigen omdat deze hem onrust bezorgt en financiële problemen met zich meebrengt. Zijn advocaat pleitte voor afwijzing van het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel, terwijl de klinisch psycholoog aangaf dat de betrokkene nog niet volledig hersteld is en dat de crisismaatregel moet worden voortgezet om de veiligheid van de betrokkene en zijn pasgeboren kind te waarborgen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van een vermoeden van een psychische stoornis en dat er onmiddellijk dreigend ernstig nadeel bestaat. De rechtbank heeft besloten om de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken te verlenen, met de noodzakelijke vormen van verplichte zorg, waaronder toediening van medicatie en beperking van de bewegingsvrijheid. De rechtbank heeft het meer of anders verzochte afgewezen en de beschikking is mondeling gegeven door mr. Smits, rechter, en schriftelijk uitgewerkt op 24 april 2024.