In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1965 en gedetineerd in het Penitentiair Psychiatrisch Centrum Haaglanden, heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 april 2024 uitspraak gedaan. De verdachte is beschuldigd van bedreiging van medewerkers van de GGZ en voorbereidingshandelingen voor brandstichting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 23 maart 2023 tot en met 2 mei 2023 dreigende berichten heeft gestuurd naar medewerkers van de GGZ, waaronder een foto van een jerrycan en een wapen. De officier van justitie achtte de bedreigingen bewezen, terwijl de verdediging betoogde dat de verdachte niet in staat was om de gevolgen van zijn daden te overzien vanwege zijn psychische aandoeningen, schizofrenie en borderline. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de feiten en hem veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf, waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar en bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft ook de dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden bepaald, gezien het risico op herhaling. De verdachte heeft al bijna een jaar in voorarrest gezeten, en de rechtbank heeft de noodzaak van behandeling in een zorginstelling benadrukt, gezien de psychische problematiek van de verdachte. De uitspraak is gedaan in het belang van de veiligheid van de medewerkers van de GGZ en de verdachte zelf.