Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.[gedaagde 1] B.V.,
2.
[gedaagde 2],
3.
[gedaagde 3] B.V.,
4.
[gedaagde 4],
1.De procedure
2.De feiten
op enigerlei wijze betrokken te zijn bij, zich inlaten met, deelnemen of anderszins een belang aanhouden in enige onderneming die activiteiten ontplooit die concurrerend zijn met de activiteiten en/of producten van de Instelling in een gebied waar de Instelling op dat moment actief is (een zorgaanbod dat buiten het zorgprofiel van de Instelling valt wordt geacht niet concurrerend te zijn);
enige werknemer van de Instelling in dienst te nemen respectievelijk anderszins werkzaamheden te laten verrichten of werknemers te bewegen hun relatie met de Instelling te beëindigen (onder "werknemers" wordt op enig moment verstaan: personen die bij de Instelling werkzaam zijn of minder dan een jaar daarvoor bij de Instelling werkzaam waren); en/ of
contractspartijen van de Instelling, waaronder begrepen werknemers, leveranciers en klanten, ertoe te bewegen om hun overeenkomst met de Instelling te wijzigen, beëindigen dan wel niet voort te zetten (onder "leveranciers" en "klanten" wordt op enig moment verstaan: (rechts)personen die goederen en/of diensten aan Instelling verstrekken of afnemen of minder dan een jaar voor het betreffende feit goederen en/of diensten van de Instelling hebben afgenomen).
op enigerlei wijze betrokken te zijn bij, zich inlaten met, deelnemen of anderszins een belang aanhouden in enige onderneming die activiteiten ontplooit die concurrerend zijn met de activiteiten en/of producten van de Instelling in een gebied waar de Instelling op dat moment actief is (een zorgaanbod dat buiten het zorgprofiel van de Instelling valt wordt geacht niet concurrerend te zijn);
enige werknemer van de Instelling in dienst te nemen respectievelijk anderszins werkzaamheden te laten verrichten of werknemers te bewegen hun relatie met de Instelling te beëindigen (onder "werknemers" wordt op enig moment verstaan: personen die bij de Instelling werkzaam zijn of minder dan een jaar daarvoor bij de Instelling werkzaam waren); en/ of
contractspartijen van de Instelling, waaronder begrepen werknemers, leveranciers en klanten, ertoe te bewegen om hun overeenkomst met de Instelling te wijzigen, beëindigen dan wel niet voort te zetten (onder "leveranciers" en "klanten" wordt op enig moment verstaan: (rechts)personen die goederen en/of diensten aan Instelling verstrekken of afnemen of minder dan een jaar voor het betreffende feit goederen en/of diensten van de Instelling hebben afgenomen).
op enigerlei wijze betrokken te zijn bij, zich inlaten met, deelnemen of anderszins een belang aanhouden in enige onderneming die activiteiten ontplooit die concurrerend zijn met de activiteiten en/of producten van de Instelling in een gebied waar de Instelling op dat moment actief is (een zorgaanbod dat buiten het zorgprofiel van de Instelling valt wordt geacht niet concurrerend te zijn);
enige werknemer van de Instelling in dienst te nemen respectievelijk anderszins werkzaamheden te laten verrichten of werknemers te bewegen hun relatie met de Instelling te beëindigen (onder "werknemers" wordt op enig moment verstaan: personen die bij de Instelling werkzaam zijn of minder dan een jaar daarvoor bij de Instelling werkzaam waren); en/ of
contractspartijen van de Instelling, waaronder begrepen werknemers, leveranciers en klanten, ertoe te bewegen om hun overeenkomst met de Instelling te wijzigen, beëindigen dan wel niet voort te zetten (onder "leveranciers" en "klanten" wordt op enig moment verstaan: (rechts)personen die goederen en/of diensten aan Instelling verstrekken of afnemen of minder dan een jaar voor het betreffende feit goederen en/of diensten van de Instelling hebben afgenomen).
3.Het geschil
4.De beoordeling
(middels een onherroepelijk derdenbeding om niet)”duidt er op dat partijen voor ogen hebben gehad dit aldus te doen. Het feit dat eisers met dit derdenbeding ook een verplichting jegens ZeeBra zijn aangegaan (om niet te concurreren) betekent dus nog niet dat dit ook ten behoeve van het (uitsluitende) belang van ZeeBra is gedaan. Dit geldt ook voor het feit dat in de non-concurrentiebedingen is opgenomen dat de boete die bij inbreuk verschuldigd is, aan ZeeBra toekomt. Dat de boete bij overtreding aan ZeeBra toekomt, is immers ook opgenomen in de samenwerkingsovereenkomst, waarbij RZWN wel partij is. De keuze om dit in de andere overeenkomsten zo op te nemen, is vanuit die optiek niet onlogisch.