ECLI:NL:RBZWB:2024:2507
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Kennelijk niet-ontvankelijk beroep tegen last onder dwangsom wegens huisvesting van te veel personen
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 12 april 2024, wordt het beroep van eiseres tegen de besluiten van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oosterhout behandeld. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een last onder dwangsom die haar was opgelegd wegens het huisvesten van te veel personen in een pand, in strijd met de omgevingsvergunning. Het college had op 8 mei 2023 een last onder dwangsom opgelegd, en na constatering van niet-naleving op 18 april 2023, werd de dwangsom verbeurd verklaard en ingevorderd op 5 juli 2023.
Eiseres maakte bezwaar tegen deze besluiten, en het college verklaarde de bezwaren gegrond met het besluit van 29 november 2023, waarbij de dwangsom werd ingetrokken. Echter, met het besluit van 15 februari 2024 trok het college de eerdere besluiten in, omdat het pand op 16 januari 2024 was ontruimd na een uitspraak van de civiele rechter. De rechtbank oordeelt dat eiseres geen procesbelang meer heeft, aangezien de last onder dwangsom is ingetrokken en er geen handhaving meer plaatsvindt. Eiseres betoogde dat zij nog procesbelang had vanwege vermeende onrechtmatigheden, maar de rechtbank concludeert dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, en zal het niet inhoudelijk beoordelen.
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.