ECLI:NL:RBZWB:2024:2477
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- Mr. Sumner
- Rechtspraak.nl
Vervangende toestemming erkenning en ouderlijk gezag in een familiezakenprocedure
In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 8 april 2024 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de verzoeken van een man om vervangende toestemming voor de erkenning van zijn minderjarige kinderen, alsook om gezamenlijk ouderlijk gezag. De rechtbank heeft de man niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek om vervangende toestemming tot erkenning, omdat eerder al een beslissing was genomen en de man niet binnen de gestelde termijn tot erkenning was overgegaan. De rechtbank oordeelde dat de man niet de juridische vader is van de minderjarigen, waardoor hij niet bevoegd is tot het gezag. De rechtbank heeft wel een omgangsregeling vastgesteld, waarbij de man recht heeft op omgang met de kinderen op vrijdag van 16.00 uur tot zaterdag 20.00 uur. De rechtbank benadrukte het belang van structuur en duidelijkheid voor de minderjarigen en riep de man op om gemaakte afspraken beter na te komen. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.