ECLI:NL:RBZWB:2024:2363
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- mr. Haerkens-Wouters
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van het ouderlijk gezag van de moeder over een minderjarige in het kader van gezagsbeëindigende maatregel
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 9 april 2024 een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de beëindiging van het ouderlijk gezag van de moeder over haar minderjarige kind, geboren in 2009. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om het gezag van de moeder te beëindigen, omdat het perspectief van de minderjarige niet bij haar ligt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige, die emotioneel verwaarloosd is geraakt door de psychische problematiek van de moeder, in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd. De moeder heeft zich niet verzet tegen het verzoek en heeft aangegeven dat zij haar rol als opvoeder niet meer kan vervullen. De vader, die na detentie zijn leven op de rit probeert te krijgen, heeft aangegeven dat hij de zorg voor de minderjarige op zich wil nemen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de aanvaardbare termijn voor de moeder is verstreken en dat het in het belang van de minderjarige is om duidelijkheid te krijgen over zijn opvoedplek. De rechtbank heeft het verzoek van de Raad toegewezen en het gezag van de moeder beëindigd, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad. De beslissing is genomen in het belang van de minderjarige, die behoefte heeft aan stabiliteit en duidelijkheid in zijn opvoedingssituatie.