Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1970 te [geboorteplaats];
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 7 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging voor betrokkene, geboren op [geboortedag] 1970. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder schizofrenie en middelenafhankelijkheid, wat leidt tot ernstig nadeel voor zijn geestelijke en fysieke gezondheid, alsook voor de veiligheid van anderen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 7 februari 2024 was betrokkene aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, mr. J.H.P.M. Verhagen. Betrokkene verzet zich tegen de zorgmachtiging en wil geen contact met zorgverleners. De rechtbank heeft echter geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier van justitie voor verplichte zorg, zoals het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid, toegewezen.
De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 7 augustus 2024, en heeft de overige verzoeken afgewezen. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M. Meyboom en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier Baremans.