Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank 14 november 2023;
- de op 27 december 2023 ontvangen brief van de GI met bijlagen.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 4 januari 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant in Breda uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2015. De zaak betreft een verzoek van de Gecertificeerde Instelling (GI), Stichting Jeugdbescherming Brabant Tilburg, om de ondertoezichtstelling van de minderjarige te verlengen voor de duur van zes maanden. De ouders van de minderjarige zijn belast met het ouderlijk gezag, maar er zijn ernstige zorgen over de ontwikkeling van het kind, die in een loyale spagaat zit tussen beide ouders die al lange tijd in conflict zijn. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling op 4 januari 2024 gehouden, waarbij zowel de ouders als hun advocaten en een vertegenwoordiger van de GI aanwezig waren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder en de GI onvoldoende samenwerking vertonen, wat de situatie van de minderjarige negatief beïnvloedt. De kinderrechter heeft op basis van de ingediende stukken en de mondelinge behandeling geoordeeld dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk blijft en heeft het verzoek van de GI toegewezen. De ondertoezichtstelling is verlengd van 15 januari 2024 tot 15 juli 2024, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.