Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1974 in [geboorteplaats] ;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 13 maart 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de verlening van een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1974. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging voor de duur van vierentwintig maanden, met als doel verplichte zorg te verlenen, waaronder het toedienen van medicatie en het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid van de betrokkene. Tijdens de mondelinge behandeling op dezelfde dag waren de betrokkene, zijn advocaat mr. M.W. Dieleman, en een sociaal psychiatrisch verpleegkundige aanwezig. De betrokkene gaf aan niet in het verzoek te kunnen vinden en dat hij last had van bijwerkingen van de medicatie. De advocaat stelde dat de zorgmachtiging noodzakelijk was, maar dat de duur van vierentwintig maanden te lang was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek een schizofreniespectrumstoornis, en dat deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en maatschappelijke teloorgang. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel af te wenden en dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren. De rechtbank besloot de zorgmachtiging te verlenen, maar voor een kortere duur van twaalf maanden, in plaats van de verzochte vierentwintig maanden. De rechtbank overwoog dat de betrokkene de zorgmachtiging niet langer wilde, maar dat hij mogelijk nog antipsychotica nodig had. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter M. van de Poll en is op 22 maart 2024 schriftelijk uitgewerkt.