ECLI:NL:RBZWB:2024:1467

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
21 februari 2024
Publicatiedatum
6 maart 2024
Zaaknummer
02/810527-17
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met twee jaar na beoordeling van recidiverisico en geestelijke gesteldheid

Op 21 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, geboren in 1955, die verblijft in FPC [kliniek]. De officier van justitie had op 10 januari 2024 een vordering ingediend tot verlenging van de tbs met twee jaar. De rechtbank heeft de vordering beoordeeld aan de hand van verschillende rapporten, waaronder adviezen van psychiater dr. [naam 1] en psycholoog drs. [naam 2], die beiden ernstige persoonlijkheidsproblematiek en een hoog recidiverisico constateerden. Tijdens de zitting zijn de betrokken partijen, waaronder de officier van justitie en de raadsman, gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene niet heeft geprofiteerd van eerdere behandelingen en dat er een hoog recidiverisico bestaat indien de tbs zou worden beëindigd. De rechtbank heeft de adviezen van de tbs-instelling en de externe gedragsdeskundigen overgenomen en geconcludeerd dat de verlenging van de tbs noodzakelijk is voor de veiligheid van anderen. De rechtbank heeft de tbs met verpleging van overheidswege van de betrokkene met twee jaar verlengd, met de hoop dat de betrokkene kan worden overgeplaatst naar een longcare-afdeling in [plaats].

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND -WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
Parketnummer: 02/810527-17
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 21 februari 2024
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene]
geboren op [geboortedag] 1955 te [geboorteplaats]
verblijvende in FPC [kliniek] , [adres]

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie d.d. 10 januari 2024, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna: tbs) met twee jaar;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van 1 oktober 2021 tot en met 1 juli 2022 en van 1 januari 2023 tot en met 1 oktober 2023;
- het rapport van FPC [kliniek] d.d. 7 december 2023, waarin het advies van de inrichting is vermeld;
- een advies d.d. 28 januari 2023 van psychiater dr. [naam 1] , inhoudende een psychiatrisch onderzoek (longstay onderzoek);
- een advies d.d. 12 april 2023 van psycholoog drs. [naam 2] , inhoudende een psychiatrisch onderzoek (longstay onderzoek).

2.De procesgang

Bij beslissing van de rechtbank van 22 februari 2018 is betrokkene, wegens overtreding van artikelen 45 jo. 242 en 282 van het Wetboek van Strafrecht, veroordeeld tot 283 dagen gevangenisstraf met aftrek van de tijd die betrokkene in voorarrest heeft doorgebracht en tbs met verpleging van overheidswege.
De rechtbank constateert dat het hier gaat om een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De tbs is op 30 april 2018 aangevangen en laatstelijk verlengd op 4 maart 2022 voor een termijn van twee jaren.
Tijdens het onderzoek ter openbare terechtzitting van de rechtbank van 21 februari 2024 zijn de officier van justitie mr. M. van Leeuwen en de raadsman, mr. J.G.D. Rutten, advocaat te Hilversum gehoord. Daarnaast zijn betrokkene en de deskundige, drs. [naam 3] , GZ-psycholoog en behandelcoördinator, via een telehoorverbinding gehoord.

3.Het advies van de tbs-instelling

De tbs-instelling heeft geadviseerd de tbs te verlengen met twee jaar en heeft daartoe het volgende overwogen. Bij betrokkene is sprake van een persoonlijkheidsstoornis met uiteenlopende kenmerken waarbij de antisociale en narcistische kenmerken het meest opvallen en ook schizotypische kenmerken aanwezig zijn. Ook is sprake van een depressieve stoornis, een stoornis in alcoholgebruik (in remissie) en een beperkte neurocognitieve stoornis. De tbs-instelling schat het recidiverisico hoog in wanneer de tbs met dwangverpleging zou worden beëindigd, omdat betrokkene niet heeft geprofiteerd van de behandeling en hij niet de vaardigheden heeft om met tegenslagen om te gaan. De verwachting is dat behandeling/begeleiding binnen een ander (niet gedwongen) kader niet voldoende zal zijn. Plaatsing binnen de LFPZ is op dit moment het meest aangewezen om de behandeldruk weg te nemen en kwaliteit van leven na te streven zonder dat daarbij een verhoogd recidiverisico ontstaat. Betrokkene staat achter een plaatsing binnen de LFPZ. Op dit moment staat betrokkene op de wachtlijst voor plaatsing in de LFPZ in [plaats] en is er begeleid verlof aangevraagd.
Ter zitting heeft de deskundige drs. [naam 3] daaraan nog het volgende toegevoegd. Over het algemeen verloopt het verblijf van betrokkene op de afdeling naar behoren en geeft het geen problemen. De hoop is dat betrokkene snel de overstap kan maken naar de LFPZ in [plaats] , maar er zijn lange wachtlijsten. De verlofaanvraag is intern goedgekeurd en er zal dubbel begeleid verlof gaan plaatsvinden. Het beveiligingsniveau is nu hoog en moet naar beneden om de overstap naar de longstay mogelijk te maken.

4.Het advies van de externe gedragsdeskundige

Psychiater dr. [naam 1] heeft in het rapport overwogen dat bij betrokkene sprake is van ernstige persoonlijkheidsproblematiek (andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis met schizotypische, narcistische, antisociale en vermijdende trekken), een stoornis in het gebruik van alcohol, die al jaren in remissie is, en een beperkte neurocognitieve stoornis door multipele oorzaken. Het risico op herhaling blijft matig tot hoog. Verblijf van betrokkene in verschillende forensische psychiatrische klinieken heeft geen wezenlijke verandering van de kernproblematiek, houding en gedrag teweeg kunnen brengen. Omdat er geen behandel-mogelijkheden zijn, is doorplaatsing naar een LFPZ-afdeling geïndiceerd. Geadviseerd wordt om te starten met een gemiddeld (midden) individueel beveiligingsniveau en naar verwachting zal betrokkene goed kunnen inbedden op de longcare-afdeling in [plaats] . Mogelijk kan het beveiligingsniveau op termijn naar laag worden afgeschaald.
Ook psycholoog drs. [naam 2] heeft in het rapport overwogen dat sprake is van een andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis met antisociale, narcistische en schizotypische kenmerken, een beperkte neurocognitieve stoornis en een stoornis in het gebruik van alcohol, ernstig. Het recidiverisico wordt bij het wegvallen van het tbs-kader als hoog ingeschat, omdat de risicofactoren onbehandeld zijn. De psycholoog ondersteunt de LFPZ-status, aangezien betrokkene nog steeds afhankelijk is van een hoog beveiligingsniveau en volledig extern risicomanagement en er geen andere mogelijkheden zijn om het recidive-risico te beperken. Het noodzakelijke individuele beveiligingsniveau wordt als matig ingeschat en kan mogelijk in de loop van de tijd naar laag. Dan zou begeleid verlof overwogen kunnen worden.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering gebleven om de tbs-maatregel met twee jaar te verlengen. Er wordt nog steeds voldaan aan de wettelijke vereisten.

6.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat hij zich kan vinden in het advies om de tbs met dwangverpleging met twee jaar te verlengen.
De verdediging refereert zich aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van de verlenging van de tbs-maatregel. Er is aan de wettelijke vereisten voor een verlenging voldaan.

7.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank kan zich vinden in de conclusies van de kliniek en de externe gedragsdeskundigen voor wat betreft de ziekelijke stoornis van de geestvermogens bij betrokkene en het bestaande matig tot hoge recidivegevaar wanneer de zorg, het toezicht en begeleiding vanuit FPC [kliniek] , wegvalt. De rechtbank neemt deze conclusies dan ook over.
De tbs-maatregel kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de tbs eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en dient voort te vloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op de adviezen van de tbs-instelling en de externe gedragsdeskundigen wordt nog steeds voldaan aan dit wettelijke criterium.
Aan betrokkene is inmiddels een LFPZ-status toegekend in de hoop de behandeldruk af te laten nemen en kwaliteit van leven na te streven zonder dat er een verhoogd recidiverisico ontstaat. Betrokkene staat op de wachtlijst voor de longcare-afdeling in [plaats] en de inschatting is dat het vanwege de wachtlijst lang kan duren voordat hij kan worden overgeplaatst. Het is de bedoeling om middels begeleid verlof het beveiligingsniveau te verlagen. De rechtbank acht een periode van twee jaar hiervoor noodzakelijk.
Gelet op hetgeen hierboven is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat de tbs met verpleging van overheidswege van betrokkene wordt verlengd met twee jaar.

8.De beslissing

De rechtbank
verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [betrokkene] met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. E.B. Prenger, voorzitter, mr. D. van Kralingen en
mr. W.H.C. van Eck, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. D.W. Schalk en is uitgesproken ter openbare zitting op 21 februari 2024.
De jongste rechter is niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.