ECLI:NL:RBZWB:2024:1200
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de zorgindicatie op basis van de Wet langdurige zorg voor een 64-jarige vrouw met psychische aandoeningen
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 19 februari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een 64-jarige vrouw van Nicaraguaanse afkomst, en de Raad van Bestuur van het CIZ. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een nieuwe Wlz-indicatie, omdat zij van mening was dat het aan haar toegekende zorgprofiel niet passend was. Het CIZ had haar in een eerder besluit een indicatie toegekend voor zorg op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz) in de vorm van het zorgprofiel Wonen met intensieve begeleiding. Eiseres betwistte dit en stelde dat zij in aanmerking moest komen voor een zorgprofiel dat ook gedragsregulering omvatte, gezien haar psychische aandoeningen, waaronder paranoïde schizofrenie.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres op 26 januari 2024 behandeld. Eiseres is klinisch opgenomen binnen de GGZ en heeft begeleiding nodig bij haar persoonlijke verzorging en dagelijkse taken. De rechtbank overwoog dat het CIZ zich in zijn besluitvorming had gebaseerd op een advies van een medisch adviseur, die had geconcludeerd dat er geen medische noodzaak was voor continue aansturing en observatie. De rechtbank oordeelde dat het CIZ voldoende gemotiveerd had dat het zorgprofiel Wonen met intensieve begeleiding en verzorging het beste aansloot bij de zorgbehoefte van eiseres.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat eiseres niet had aangetoond dat de gedragsproblematiek van dien aard was dat intensieve begeleiding noodzakelijk was. De rechtbank benadrukte dat de zorg die eiseres ontving, adequaat was en dat het CIZ de juiste zorgindicatie had afgegeven. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.