Op 26 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een hersteluitspraak gedaan in de zaken met de zaaknummers AWB-24_1024 VV en AWB-24_1025. Deze uitspraak volgde op een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter van 20 februari 2024. In de eerdere uitspraak was abusievelijk opgenomen dat de verzoeker in geen van beide zaken griffierecht had betaald, terwijl het UWV op grond van artikel 8:41, zevende lid, van de Awb het griffierecht van € 51,- per procedure aan de verzoeker dient te vergoeden. De voorzieningenrechter heeft daarom besloten om de eerdere uitspraak te herstellen door rechtsoverweging 2.3 ter zake griffierecht te laten vervallen, terwijl de overige onderdelen van de uitspraak ongewijzigd blijven. Deze hersteluitspraak is gedaan door mr. V.M. Schotanus, rechter, in aanwezigheid van mr. S. Constant, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.