Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene] B.V.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 januari 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete die aan betrokkene was opgelegd. De boete was opgelegd voor het rijden van 5 km per uur harder dan toegestaan op de N57 Serooskerkseweg te Serooskerke op 25 augustus 2022. Betrokkene, vertegenwoordigd door een gemachtigde, heeft tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, nadat deze het eerdere beroep ongegrond had verklaard.
Tijdens de zitting op 17 januari 2024 was de gemachtigde van betrokkene niet aanwezig, maar de zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. C. de Meer, was wel aanwezig. De gemachtigde had in het beroepschrift aangevoerd dat de gedraging niet had plaatsgevonden, omdat betrokkene op het tijdstip van de vermeende overtreding met een ander voertuig in Den Helder was. Dit werd ondersteund door foto’s die een ander kenteken toonden dan dat van betrokkene.
De kantonrechter heeft overwogen dat niet is komen vast te staan dat de gedraging heeft plaatsgevonden. De rechter concludeerde dat er sprake was van een vergissing bij het noteren van het kenteken, wat leidde tot de onterechte boete. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de beslissing van de officier van justitie en de opgelegde boete, en droeg de officier van justitie op het betaalde bedrag van € 42,- aan betrokkene terug te betalen. Deze uitspraak is gedaan door mr. W.H.C. van Eck, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.