In deze zaak vorderen drie eisers, werknemers van Jumbo Supermarkten B.V., betaling van achterstallig loon. Jumbo had in juli 2017 aan de eisers medegedeeld dat zij wettelijk verplicht waren om per 52 weken minstens 13 zondagen niet te werken. Later bleek deze mededeling onjuist te zijn, aangezien deze verplichting alleen gold voor minderjarigen. De eisers stellen dat zij hierdoor onterecht 13 zondagen hebben ingeleverd en vorderen betaling van het achterstallige loon, inclusief zondagtoeslag, en andere vergoedingen.
De procedure begon met een mondelinge behandeling op 12 december 2023, waarbij de gemachtigde van de eisers en Jumbo hun standpunten toelichtten. De kantonrechter verwees naar eerdere processtukken en een tussenvonnis van 28 juni 2023. De eisers hebben hun vorderingen onderbouwd met argumenten over hun beschikbaarheid en de onterechte mededeling van Jumbo. Jumbo daarentegen betwist de vorderingen en stelt dat de eisers op basis van een oproepovereenkomst werkten, waardoor zij geen recht hadden op loon voor niet-geplande zondagen.
De kantonrechter oordeelde dat de vorderingen van [eiser 1] en [eiser 3] werden afgewezen, omdat er geen bewijs was van een nadere afspraak over het werken op zondagen. De vordering van [eiser 2] werd gedeeltelijk toegewezen, maar de kantonrechter stelde dat de eisers niet tijdig hadden aangegeven dat zij bereid waren om op zondagen te werken. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De procedure voor [eiser 2] werd naar de rolzitting verwezen voor verdere behandeling.