[verzoeker] B.V. verzoekt na eiswijziging(en) aan de kantonrechter om:
I. voor recht te verklaren dat [verweerder] terecht op 23 augustus 2023 op staande
voet is ontslagen;
II. voor recht te verklaren dat [verzoeker] B.V. terecht de gefixeerde
schadevergoeding bij eindafrekening al (gedeeltelijk) heeft verrekend;
III. [verweerder] bij beschikking te veroordelen tot betaling van het restant van de gefixeerde
schadevergoeding, zijnde een bedrag van € 3.781,08 bruto inclusief vakantiegeld;
IV. [verweerder] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 35.945,39 aan [verzoeker]
B.V. ter vergoeding van de door [verzoeker] B.V. geleden schade als gevolg van het (onrechtmatig) handelen van [verweerder] , dan wel een bedrag ad € 19.259,64, althans een door de kantonrechter te bepalen redelijk bedrag;
V. [verweerder] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 7.000,- aan [verzoeker]
B.V. in verband met de verbeurde boetes voor het te laat inleveren van de bedrijfseigendommen;
VI. [verweerder] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 1.632,02 aan [verzoeker]
B.V. vanwege de openstaande facturen voor de huur van de Seat Ibiza;
VII. [verweerder] te veroordelen tot betaling aan [verzoeker] B.V. van de wettelijke
rente vanaf het tijdstip van opeisbaarheid van voornoemde bedragen tot aan de dag der algehele voldoening;
VIII. [verweerder] te veroordelen in de kosten van de onderhavige procedure, het salaris
van de gemachtigde daaronder begrepen.