ECLI:NL:RBZWB:2023:9490

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
21 december 2023
Publicatiedatum
24 januari 2024
Zaaknummer
C/02/417130 HA RK 23-264
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van een rechter wegens kennelijke partijdigheid in civiele procedure

In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 21 december 2023 een verzoek tot wraking van mr. Eijssen-Vruwink behandeld. Het verzoek werd ingediend door een verzoeker die zich op een geheim adres bevond. Het wrakingsverzoek was ontvangen op 18 december 2023, en de verzoeker stelde dat de rechter een kennelijke vooringenomenheid had jegens hem en zijn gemachtigde. De verzoeker voerde aan dat de rechter moedwillig geen zorgvuldige afweging maakte in een zaak waarin de gedaagde partij beschuldigd werd van frauduleuze praktijken.

De wrakingskamer heeft in haar beoordeling vastgesteld dat een rechter op grond van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn. Het verzoek tot wraking moet tijdig worden ingediend, voordat de rechter een einduitspraak doet. In dit geval had de rechter op 18 december 2023 al een beschikking gegeven, waardoor het wrakingsverzoek te laat was ingediend. De wrakingskamer oordeelde dat de verzoeker niet in het wrakingsverzoek kon worden ontvangen, omdat de rechter de behandeling van de zaak had beëindigd.

De wrakingskamer heeft besloten om geen mondelinge behandeling van het verzoek te houden, omdat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk was. De beslissing werd op dezelfde dag openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Wrakingskamer
Locatie Breda
zaaknummer C/02/417130 / HA RK 23-264
beslissing van 21 december 2023 inzake het wrakingsverzoek ex artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van:
[verzoeker] ,
woonplaats te [plaats] op een geheim adres,
verzoekster,
gemachtigde:
[gemachtigde] ,
verder te noemen: verzoeker.

1.Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt onder meer uit:
  • de processtukken zoals opgenomen in de zaak met nummer 10842977 \ OV VERZ 23-6171;
  • het wrakingsverzoek ontvangen per e-mailbericht op 18 december 2023 om 13:54 uur.

2.Het verzoek

Het verzoek strekt tot wraking van mr. Eijssen-Vruwink, hierna te noemen de rechter, belast met de behandeling van de zaak met nummer 10842977 \ OV VERZ 23-6171.
De rechter berust niet in het wrakingsverzoek.

3.De gronden van het wrakingsverzoek

Door verzoeker is aangevoerd dat hij de rechter heeft gewraakt wegens kennelijke partijdigheid. Verzoeker heeft deze kennelijke partijdigheid niet nader onderbouwd. Hij heeft het volgende in zijn verzoek vermeld:
“(…) Er wordt moedwillig geen zorgvuldige afweging gemaakt, en de gedaagde partij is een frauderende zorgverlener welke een reeks aan bedreigingen en misstanden op naam heeft. Het heeft er (te)veel schijn van dat de kantonrechter een kennelijke vooringenomenheid jegens de gemachtigde en/of eiseres koestert, en daarmee is voldoende grond voor wraking. Het zou de kantonrechter sieren zelf plaats te maken en in het wrakingsverzoek te berusten. (…)”.

4.De beoordeling

4.1.
Op grond van artikel 36 Rv kan op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
4.2.
De wrakingskamer stelt het volgende voorop. Bij de beoordeling van een beroep op het ontbreken van onpartijdigheid van een rechter geldt het uitgangspunt, dat een rechter op grond van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn. Een uitzonderlijke omstandigheid kan een zwaarwegende aanwijzing opleveren dat een rechter ten aanzien van een procespartij een vooringenomenheid koestert, of dat een bij een partij bestaande vrees daarvoor objectief gerechtvaardigd is.
4.3.
Voordat tot inhoudelijke behandeling van het verzoek kan worden overgegaan dient te worden beoordeeld of het wrakingsverzoek tijdig is gedaan. Het verzoek moet worden gedaan zodra de daaraan ten grondslag gelegde feiten en omstandigheden bekend zijn geworden. Bovendien moet het wrakingsverzoek zijn ingediend vóórdat de behandeling van de zaak door het wijzen van een einduitspraak is geëindigd.
4.4.
In dit geval heeft de rechter op 18 december 2023 een beschikking gegeven waarin het verzoek van verzoekster tot een verkorte dagvaardingstermijn is afgewezen. De wrakingskamer oordeelt dat het verzoek is gedaan nadat door de rechter uitspraak is gedaan en dus is het verzoek te laat gedaan. De rechter behandelde ten tijde van het gedane wrakingsverzoek de zaak met zaaknummer 10842977 \ OV VERZ 23-6171 niet meer. Door de gegeven beschikking van 18 december 2023 is het verzoek van verzoekster afgehandeld.
Deze omstandigheid moet ertoe leiden dat verzoeker niet in het wrakingsverzoek kan worden ontvangen. Wraking van een rechter is op grond van de wet immers alleen mogelijk zolang een zaak wordt behandeld door die rechter. De wetgever heeft niet voorzien in de mogelijkheid een rechter te wraken, wanneer deze de behandeling van de zaak heeft beëindigd door het geven van een eindbeslissing. Met die beslissing heeft immers iedere verdere bemoeienis van die rechter met de zaak opgehouden.
4.5.
Omdat sprake is van niet-ontvankelijkheid laat de wrakingskamer een mondelinge behandeling van het verzoek achterwege, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 lid 2 sub d van het wrakingsprotocol van deze rechtbank (gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, ga naar: rechtbank Zeeland-West-Brabant, regels en procedures, wrakingsprotocol).

5.De beslissing

De wrakingskamer:
- verklaart het verzoek tot wraking kennelijk niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is gegeven op 21 december 2023 door mr. Peters, rechter en voorzitter, mr. Broeders en mr. Kool, rechters, en op dezelfde dag uitgesproken in aanwezigheid van mr. Rockx, griffier. De beslissing wordt openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier, De voorzitter,
Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.