ECLI:NL:RBZWB:2023:9439

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
27 december 2023
Publicatiedatum
22 januari 2024
Zaaknummer
10412308 \ CV EXPL 23-719 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Van Dam
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van restwaarde van gehuurde componenten na beëindiging van overeenkomst

In deze civiele zaak, behandeld door de Kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vordert de vennootschap naar buitenlands recht, Ric Rent and Invest Company, H.O.D.N. Insightsecure, betaling van de restwaarde van gehuurde componenten van De Nobelaer Damesmode B.V. De procedure begon met een overeenkomst tussen partijen op 4 april 2019, waarbij Insightsecure een camerasysteem en alarminstallatie installeerde bij De Nobelaer. De overeenkomst werd voortijdig beëindigd en partijen kwamen overeen dat De Nobelaer een afkoopsom van € 8.181,77 zou betalen en de gehuurde componenten zelf zou terugsturen. Insightsecure stelde echter vast dat niet alle componenten waren ingeleverd en vorderde de restwaarde van de ontbrekende componenten, ter waarde van € 7.638,91.

De Nobelaer betwistte de vordering en stelde dat alle geïnstalleerde componenten waren geretourneerd. De kantonrechter oordeelde dat Insightsecure voldoende bewijs had geleverd dat het camerasysteem van het merk Dahua was geïnstalleerd en dat De Nobelaer de restwaarde van de apparatuur aan Insightsecure verschuldigd was. De kantonrechter wees de vordering tot betaling van de restwaarde van € 6.313,15 toe, maar wees de vordering tot betaling van BTW af, omdat daar geen onderbouwing voor was gegeven. De Nobelaer werd ook veroordeeld in de proceskosten van Insightsecure, die in totaal € 696,42 bedroegen. Het vonnis werd uitgesproken op 27 december 2023.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Middelburg
Zaaknummer: 10412308 \ CV EXPL 23-719
Vonnis van 27 december 2023
in de zaak van
DE VENNOOTSCHAP NAAR BUITENLANDS RECHT RIC RENT AND INVEST COMPANY, H.O.D.N. INSIGHTSECURE,
te Alicante (Spanje),
eisende partij,
hierna te noemen: Insightsecure,
procederend in persoon,
tegen
DE NOBELAER DAMESMODE B.V.,
te Domburg,
gedaagde partij,
hierna te noemen: De Nobelaer,
gemachtigde: mr. U.T. Hoekstra.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 14 juni 2023 en de daarin genoemde stukken,
- het bericht van 8 november 2023 met aanvullende producties van Insightsecure,
- de mondelinge behandeling van 28 november 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 4 april 2019 hebben Insightsecure en De Nobelaer een overeenkomst gesloten op grond waarvan Insightsecure een camerasysteem en een alarminstallatie heeft geïnstalleerd bij De Nobelaer die De Nobelaer van haar huurt voor een periode van vijf jaar.
2.2.
De overeenkomst is voortijdig beëindigd. Partijen hebben op 8 april 2022 afgesproken dat De Nobelaer een afkoopsom van € 8.181,77 aan Insightsecure betaalt en dat zij de gehuurde componenten zelf uitbouwt en naar Insightsecure stuurt. De Nobelaer heeft de afkoopsom betaald.
2.3.
Per e-mail van 20 mei 2022 heeft Insightsecure aan De Nobelaer bericht dat niet alle gehuurde componenten zijn ingeleverd met het verzoek om te kijken of er nog eigendommen van haar bij De Nobelaer zijn achtergebleven.
2.4.
Per brief van 9 juni 2022 heeft Insightsecure aan De Nobelaer bericht dat de waarde van de nog ontbrekende componenten € 7.638,91 inclusief BTW bedraagt (€ 6.313,15 exclusief BTW). Daarbij is rekening gehouden met een afschrijving van 30%. Insightsecure verzoekt betaling van de restwaarde van de niet ontvangen componenten. De Nobelaer heeft dit bedrag niet voldaan.

3.Het geschil

3.1.
Insightsecure vordert na vermindering van eis - samengevat - veroordeling van De Nobelaer tot betaling van € 7.638,91, vermeerderd met de wettelijke rente, met veroordeling van De Nobelaer in de proceskosten.
3.2.
Insightsecure legt aan haar vordering het volgende - samengevat - ten grondslag. De Nobelaer is de afspraak van 8 april 2022 ten aanzien van het terugsturen van alle gehuurde componenten niet volledig nagekomen. De Nobelaer heeft wel de alarminstallatie geretourneerd, maar niet het camerasysteem met toebehoren. Het door De Nobelaer gestuurde pakket bevatte onder andere oude camera’s van het merk Axis die niet door Insightsecure zijn geleverd. Insightsecure levert uitsluitend camera’s van het merk Dahua. Ook na de e-mail van 20 mei 2022 heeft De Nobelaer de ontbrekende componenten niet teruggestuurd. Insightsecure heeft daarom de restwaarde van de niet ingeleverde en door De Nobelaer gehuurde componenten per brief van 9 juni 2022 bij De Nobelaer in rekening gebracht en verzoekt daarvan betaling.
3.3.
De Nobelaer voert verweer. De Nobelaer concludeert tot afwijzing van de vordering van Insightsecure, met veroordeling van Insightsecure in de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente en de nakosten.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Insightsecure is gevestigd op het grondgebied van een andere staat dan Nederland, zodat de vordering en internationaal karakter heeft. De kantonrechter moet dan ambtshalve toetsen of de Nederlandse rechter bevoegd is van de vordering kennis te nemen en welk recht op het geschil van toepassing is. De kantonrechter oordeelt dat de Nederlandse rechter op grond van artikel 4 lid 1 van de Verordening (EU) nr. 1215/2012 (Brussel I-bis) bevoegd is om van het geschil kennis te nemen omdat De Nobelaer in Nederland is gevestigd.
De vraag welk recht van toepassing is, wordt beantwoord op basis van de Verordening (EG) nr. 593/2008 (hierna: Rome I). Op grond van artikel 3 lid 1 Rome I is het recht van toepassing dat partijen hebben gekozen. In artikel 9.5 van de algemene voorwaarden die op de overeenkomst tussen partijen van toepassing is, is Nederlands recht van toepassing verklaard. De kantonrechter zal dan ook het Nederlandse recht toepassen.
4.2.
De Nobelaer stelt zich op het standpunt dat de goederen waarvan Insightsecure nu de restwaarde vordert, door Insightsecure niet zijn geïnstalleerd en dat zij alle geïnstalleerde componenten heeft geretourneerd. De kantonrechter overweegt dat het op de weg van Insightsecure ligt om te onderbouwen en zonodig te bewijzen dat zij de apparatuur waarvan zij nu de restwaarde vordert bij De Nobelaer heeft geïnstalleerd. Daarin is Insightsecure geslaagd. Vast staat dat het camerasysteem op 10 april 2019 is geïnstalleerd en dat De Nobelaer voor oplevering daarvan heeft getekend. Hoewel uit het bewijs van oplevering niet blijkt wat het merk is van de systemen die op 10 april 2019 zijn geïnstalleerd, volgt uit de door Insightsecure overgelegde inkoopfactuur van Dero Security Products B.V. dat er door haar een Dahua camerasysteem met toebehoren is gekocht. Op deze factuur met factuurdatum 10 april 2019 is een leverdatum van 9 april 2019 vermeld en is verder vermeld:
“Verzendadres Insight Secure (afleveren: De Nobelaer), Domburg”.Gelet op het opleverbewijs in combinatie met de inkoopfactuur gaat de kantonrechter ervan uit dat Insightsecure de apparatuur van het merk Dahua, waarvan Insightsecure nu de restwaarde vordert, op 10 april 2019 heeft geïnstalleerd bij De Nobelaer. Dat De Nobelaer camera’s van het merk Axis naar Insightsecure heeft gestuurd, maakt niet dat daaruit geconcludeerd kan worden dat die camera’s in 2019 door Insightsecure zijn geïnstalleerd. Dit geldt ook voor de foto’s die De Nobelaer tijdens de zitting heeft laten zien van de apparatuur die hij zou hebben teruggestuurd.
4.3.
Gelet op het voorgaande diende De Nobelaer (de componenten van) het door Insightsecure geïnstalleerde camerasysteem van het merk Dahua naar Insightsecure terug te sturen. Dit heeft zij niet gedaan. Dit betekent dat De Nobelaer de restwaarde van de apparatuur aan Insightsecure is verschuldigd. De hoogte van de gevorderde restwaarde van de apparatuur is door De Nobelaer onvoldoende betwist. De algemene betwisting dat het gevorderde bedrag enige relatie heeft met de dagwaarde van de ontbrekende componenten, volstaat niet. De kantonrechter gaat daarom aan die betwisting voorbij. De afschrijving van dertig procent die Insightsecure heeft gerekend, komt de kantonrechter niet onredelijk voor.
4.4.
De door Insightsecure gevorderde BTW over de restwaarde van
€ 6.313,15 wordt afgewezen. Insightsecure vordert vergoeding van de door haar geleden schade, namelijk de restwaarde van de niet geretourneerde apparatuur. Zonder onderbouwing, die ontbreekt, valt niet in te zien dat daarover BTW is verschuldigd. De Nobelaer heeft dit ook betwist.
4.5.
Uit het voorgaande volgt dat er een bedrag van € 6.313,15 wordt toegewezen. Dit bedrag moet De Nobelaer aan Insightsecure betalen.
4.6.
Voor wat betreft de rente merkt de kantonrechter op dat onder het petitum van de dagvaarding de wettelijke rente is gevorderd en niet de in het lichaam van de dagvaarding vermelde contractuele rente van 1,5% per maand. Dit betekent dat alleen de gevorderde wettelijke rente toewijsbaar is.
4.7.
De Nobelaer is de partij die grotendeels ongelijk krijgt en moet daarom de proceskosten van Insightsecure betalen. De kantonrechter merkt op dat de heer [naam] in de dagvaarding als gemachtigde van Insightsecure is gesteld, maar dat tijdens de zitting is gebleken dat hij de directeur is van Insightsecure. Hij vertegenwoordigt dus als directeur het bedrijf Insightsecure. Dit betekent dat hij geen gemachtigde is in de zin van artikel 238 lid 2 Rv en geen bedrag aan salaris gemachtigde wordt toegekend. Wel zal een forfaitair bedrag voor reis-, verblijf- en verletkosten vanwege het verschijnen ter zitting worden toegekend.
De proceskosten van Insightsecure worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
132,42
- griffierecht
514,00
- forfaitair bedrag verschijnen ter zitting
50,00
totaal
696,42

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt De Nobelaer om aan Insightsecure te betalen een bedrag van € 6.313,15, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, vanaf de vervaldatum van de onderliggende factuur, tot de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt De Nobelaer in de proceskosten van Insightsecure van € 696,42, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als De Nobelaer niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet De Nobelaer ook de kosten van betekening betalen,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van Dam en in het openbaar uitgesproken op 27 december 2023.