Uitspraak
1.De procedure
- productie 20 van [eiser] ;
- de conclusie van antwoord tevens voorwaardelijke vordering in reconventie;
- de mondelinge behandeling van 12 december 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.De feiten
- [gedaagde] huurt met ingang van 23 december 2014 de kamer in de woning aan de [adres 2] .
- Bij brief van 1 december 2022 heeft de gemeente Breda aan [eiser] het volgende bericht:
- Bij brief van 28 maart 2023 heeft de gemeente Breda aan [eiser] een last onder dwangsom gegeven. [eiser] dient binnen vier maanden na verzending van het besluit de woningvermeerdering te beëindigen en beëindigd houden door één van de voor zelfstandige woonvoorziening wezenlijke voorzieningen te verwijderen en verwijderd te houden, met oplegging van een dwangsom van € 5.000,- per zelfstandige woonvoorziening indien niet tijdig en/of volledig aan het voorgaande is voldaan.
- Op 31 juli 2023 heeft de Huurcommissie de kale huurprijs van het gehuurde vanaf 1 oktober 2022 verlaagd tot 40 % vanwege gebreken.
- Op 7 september 2023 is namens [eiser] aan de gemachtigde van [gedaagde] bericht dat dringende werkzaamheden zullen worden verricht om te kunnen voldoen aan de door de gemeente [plaats 2] opgelegde last onder dwangsom.
- Per 3-mailbericht van 13 september 2023 heeft de gemachtigde van [gedaagde] aan de gemachtigde van [eiser] bericht dat [gedaagde] pas instemt met de werkzaamheden als partijen overeenstemming hebben bereikt over aanpassing van de huurovereenkomst en dan met name de huurprijs.
- Bij brief van 15 september 2023 is namens [eiser] de huurovereenkomst opgezegd tegen 1 oktober 2023 op grond van artikel 7:274 lid 1 sub e BW en sub a BW.
- Bij e-mailbericht van 18 september 2023 is namens [gedaagde] bericht dat hij zich niet kan vinden in de opzegging en dat hij de woning niet zal verlaten.
- Bij besluit van 8 december 2023 heeft de gemeente [plaats 2] bepaald dat [eiser] een dwangsom is verschuldigd van € 5.000,-. [eiser] had bij brief van 1 december 2022 zienswijzen ingediend tegen het voornemen van 22 november 2022 om de dwangsom in te vorderen. De gemeente [plaats 2] acht het begrijpelijk dat [eiser] steeds heeft getracht om in goed overleg met de betreffende huurder tot een oplossing te komen begrijpelijk is, maar de gemeente meent dat dit voor eigen rekening en risico komt. De gemeente [plaats 2] heeft besloten om de dwangsom in te vorderen. Verder is bericht dat [eiser] een tweede last onder dwangsom zal worden opgelegd.