ECLI:NL:RBZWB:2023:9336

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
27 december 2023
Publicatiedatum
7 januari 2024
Zaaknummer
10638443 CV EXPL 23-3022 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • K. Karsten-Badal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorwaardelijke ontbinding van huurovereenkomst en ontruiming na huurachterstand

In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 december 2023 uitspraak gedaan in de zaak tussen Altera Vastgoed N.V. en een gedaagde partij. Altera vorderde de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege huurachterstand. De gedaagde erkende de huurachterstand, maar voerde verweer en stelde een betalingsregeling voor. Tijdens de mondelinge behandeling bleek dat de gedaagde in gesprek was met de gemeente Waalwijk over schuldhulpverlening. De kantonrechter heeft de behandeling van de zaak aangehouden om partijen de kans te geven een regeling te treffen. Uiteindelijk hebben Altera en de gedaagde een voorwaardelijke regeling getroffen, waarbij de gedaagde een bedrag van € 6.700,00 diende te betalen en het restant in termijnen. De kantonrechter heeft de vordering van Altera, zoals gewijzigd, toegewezen. De gedaagde is veroordeeld tot betaling van in totaal € 10.371,67 aan achterstallige huur, rente, incassokosten en proceskosten, en de huurovereenkomst is ontbonden met een ontruimingsverplichting onder bepaalde voorwaarden. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 10638443 \ CV EXPL 23-3022
Vonnis van 27 december 2023
in de zaak van
ALTERA VASTGOED N.V,
te Amstelveen,
eisende partij,
hierna te noemen: Altera,
gemachtigde: mr. M.J. Schapendonk,
tegen
[gedaagde],
te [plaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 16 augustus 2023;
- de mondelinge behandeling van 28 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;
- de rolbeslissingen van de kantonrechter van 30 augustus en 1 november 2023;
- de akten van Altera van 13 september en 15 november 2023;
- de akte van of namens [gedaagde] van 11 september, 13 september en 24 oktober 2023.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Tussen partijen staat vast dat Altera met [gedaagde] een huurovereenkomst heeft gesloten met betrekking tot de woning aan het [adres] te [plaats] tegen een huurprijs van laatstelijk € 971,07 per maand.

3.Het geschil

3.1.
Altera vordert de tussen partijen bestaande huurovereenkomst te ontbinden en [gedaagde] te veroordelen het gehuurde te ontruimen, alsmede om haar te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 6.082,67 aan huurachterstand inclusief buitengerechtelijke incassokosten en verschenen rente, elke ingegane maand huur vanaf 1 juli 2023 en een gebruiksvergoeding, vermeerderd met rente, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2.
[gedaagde] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Altera.

4.De beoordeling

4.1.
Altera legt aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagde] tekort is geschoten in de nakoming van de huurovereenkomst omdat zij een achterstand in de huurbetalingen heeft doen ontstaan. Het verzuim is ingetreden, zodat [gedaagde] ook de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is geworden.
4.2.
[gedaagde] erkent dat sprake is van een huurachterstand, maar voert verweer tegen de
gevorderde ontbinding en ontruiming. Zij wil een betalingsregeling treffen en wil graag in de woning blijven wonen met haar minderjarige kind.
4.3.
Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat [gedaagde] zich heeft gewend tot de gemeente Waalwijk in verband met een schuldhulpverleningstraject en dat op korte termijn een vervolggesprek met de gemeente over het schuldhulpverleningstraject zou plaatsvinden. In verband daarmee heeft de kantonrechter de behandeling van de zaak wegens proceseconomische redenen aangehouden, zodat partijen misschien onderling een regeling zouden kunnen treffen.
4.4.
Na het nemen van een tweetal rolbeslissingen en correspondentie tussen partijen, waarbij ook de gemeente Waalwijk betrokken was, zijn Altera en [gedaagde] er alsnog in geslaagd om de volgende regeling te treffen, waarbij een voorwaardelijke ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming wordt uitgesproken voor het geval [gedaagde] de overeengekomen betalingsregeling niet correct nakomt.
4.5.
[gedaagde] zal per ommegaande, doch uiterlijk op 30 november 2023, een bedrag van € 6.700,00 aan Altera voldoen. Het restant van de vordering, inclusief rente, incasso- en proceskosten, zijnde in totaal € 3.671,67, zal door [gedaagde] worden afbetaald in twaalf gelijke opeenvolgende maandelijkse termijnen van elk € 305,97 naast tijdige betaling van de lopende huurtermijnen, ingaande op 1 december 2023.
4.6.
Altera wijzigt haar vordering conform de gemaakte afspraken en verzoekt de gevorderde ontbinding en ontruiming voorwaardelijk uit te spreken. [gedaagde] kan daarmee instemmen, zo blijkt uit productie 11 bij de akte van 15 november 2023.
4.7.
De kantonrechter zal de vordering, zoals bij akte is gewijzigd, toewijzen.
4.8.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten zoals hiervoor 4.5. in het totaalbedrag zijn vastgesteld.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Altera van in totaal € 10.371,67 aan achterstallige huurpenningen, rente, buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Altera van € 971,07 per maand aan huur voor iedere ingegane maand vanaf 1 december 2023 tot het tijdstip van ontruiming;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, tot en met vandaag vastgesteld op enig bedrag verdisconteerd in de totale som ad € 10.371,67;
5.4.
ontbindt de huurovereenkomst tussen partijen met betrekking tot de woning aan het [adres] [plaats] en veroordeelt [gedaagde] om de woning binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis met alle personen en zaken die zich van de kant van [gedaagde] in en om het gehuurde bevinden, te verlaten en te ontruimen en ontruimd te houden en onder afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van Altera te stellen, indien en zodra aan tenminste één van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- [gedaagde] is in gebreke met de voldoening van de betaling van het bedrag van
€ 6.700,00 per ommegaande doch uiterlijk op 30 november 2023; en
  • [gedaagde] is in gebreke met de voldoening van enige termijn van € 305,97 per maand van de hiervoor onder 4.5 bedoelde aflossingsverplichting; en
  • [gedaagde] is in gebreke met de voldoening van enige termijn van de maandelijkse huur;
5.5.
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Karsten-Badal en in het openbaar uitgesproken op
27 december 2023.