Op 27 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 14 september 2023 samen met een ander een bedrijfsinbraak heeft gepleegd in Ulvenhout, gemeente Breda. De verdachte, die thans gedetineerd is, heeft tijdens de zitting op 13 december 2023 een bekennende verklaring afgelegd. De officier van justitie achtte de tenlastelegging wettig en overtuigend bewezen, terwijl de verdediging zich refereerde aan het oordeel van de rechtbank. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich toegang tot het pand heeft verschaft door middel van braak en een grote hoeveelheid kleding heeft weggenomen, die toebehoorde aan een benadeelde partij.
De rechtbank oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden zijn die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De officier van justitie had een gevangenisstraf van zes maanden geëist, maar de rechtbank oordeelde dat de ernst van de feiten, in combinatie met het strafblad van de verdachte, een zwaardere straf rechtvaardigde. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven maanden, met aftrek van de tijd doorgebracht in voorarrest.
Daarnaast heeft de rechtbank de benadeelde partij, een B.V., in haar vordering tot schadevergoeding gedeeltelijk ontvankelijk verklaard. De rechtbank kende een schadevergoeding toe van € 5.555,30 voor materiële schade, terwijl het overige deel van de vordering niet-ontvankelijk werd verklaard. De rechtbank legde ook een schadevergoedingsmaatregel op, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk werd gesteld voor de schade, samen met zijn mededader. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.